16/12/2020, 17:27
Seth moest grijnzen om Pepijns laatste opmerking. ‘Gelukkig maar, want dat heb ik wél,’ zei hij en werd weer wat meer op zijn gemak. Het was niet makkelijk om hierover te vertellen; vaak begrepen mensen het niet of je kreeg allemaal stomme vragen, of het bijvoorbeeld werkte zoals bij een weerwolf en dat hij s’middags meer man dan vrouw was en s’avonds meer een vrouw.
Hij streelde Pepijns gezicht een beetje met zijn zwartkleurde nagels en glimlachte. ‘Wat lief dat je er zo op reageert. Ik had niet anders mogen verwachten – mijn excuses. Ik ben alleen… wel wat anders gewend. Óók van mensen waarbij het eerst heel goed klikte, voordat ik dit vertelde.’ Seth zuchtte. ‘Ik ben altijd gepest. Niet geaccepteerd. Mijn moeder dumpte me vrijwel seconden na mijn geboorte, waar mijn vader niet eens bij was geloof ik. Ik belandde als baby in een weeshuis, waar ik me maar moest redden op een slaapzaal vol met jongens die het stom vonden dat ik op sommige dagen liever met barbies speelde dan met poppetjes met geweren.’
Hij grimaste. ‘Toen ze erachter kwamen dat… ik geen jongen was, werd het pesten heel erg. Er gebeurde… een incident en toen moest ik naar een ander weeshuis, waar ik weer een incident kreeg, et cetera. Ik voelde me altijd eenzaam en ik had eigenlijk nooit echt vrienden. Altijd nerveus, kijkend of er pestkoppen in de buurt waren. Sommigen hadden messen en hoewel ik terugvocht, waren het er altijd meer.’
Hij voelde dat er een traan in zijn ogen bengelde en hij slikte. ‘Sorry,’ zei hij snel en veegde de traan weg. ‘Ik heb… gewoon een goed gevoel over dit. Ons. En… ik heb dat gevoel eerder gehad, maar ik ben toen in de steek gelaten omdat ik… te snel ging. En ik heb het gevoel dat het nu ook te snel gaat, maar ik wíl zo graag dat het snel gaat. Het is net… alsof we elkaar al echt al heel lang kennen en, nou ja, ik wil het gewoon niet verpesten. Ik wil dit goed doen.’ Hij pakte Pepijns hand en haalde jachtig adem. ‘Beloof me, alsjeblieft, om me te vertellen wanneer ik iets verkeerds doe. Of je het te snel vindt gaan. Of ik iets anders moet doen. Ik zal… nooit veranderen wie ik ben, maar ik kan mijn best doen. Ik wil dat wij werken.’
Hij streelde Pepijns gezicht een beetje met zijn zwartkleurde nagels en glimlachte. ‘Wat lief dat je er zo op reageert. Ik had niet anders mogen verwachten – mijn excuses. Ik ben alleen… wel wat anders gewend. Óók van mensen waarbij het eerst heel goed klikte, voordat ik dit vertelde.’ Seth zuchtte. ‘Ik ben altijd gepest. Niet geaccepteerd. Mijn moeder dumpte me vrijwel seconden na mijn geboorte, waar mijn vader niet eens bij was geloof ik. Ik belandde als baby in een weeshuis, waar ik me maar moest redden op een slaapzaal vol met jongens die het stom vonden dat ik op sommige dagen liever met barbies speelde dan met poppetjes met geweren.’
Hij grimaste. ‘Toen ze erachter kwamen dat… ik geen jongen was, werd het pesten heel erg. Er gebeurde… een incident en toen moest ik naar een ander weeshuis, waar ik weer een incident kreeg, et cetera. Ik voelde me altijd eenzaam en ik had eigenlijk nooit echt vrienden. Altijd nerveus, kijkend of er pestkoppen in de buurt waren. Sommigen hadden messen en hoewel ik terugvocht, waren het er altijd meer.’
Hij voelde dat er een traan in zijn ogen bengelde en hij slikte. ‘Sorry,’ zei hij snel en veegde de traan weg. ‘Ik heb… gewoon een goed gevoel over dit. Ons. En… ik heb dat gevoel eerder gehad, maar ik ben toen in de steek gelaten omdat ik… te snel ging. En ik heb het gevoel dat het nu ook te snel gaat, maar ik wíl zo graag dat het snel gaat. Het is net… alsof we elkaar al echt al heel lang kennen en, nou ja, ik wil het gewoon niet verpesten. Ik wil dit goed doen.’ Hij pakte Pepijns hand en haalde jachtig adem. ‘Beloof me, alsjeblieft, om me te vertellen wanneer ik iets verkeerds doe. Of je het te snel vindt gaan. Of ik iets anders moet doen. Ik zal… nooit veranderen wie ik ben, maar ik kan mijn best doen. Ik wil dat wij werken.’