14/12/2020, 16:29
Frodo begreep de hint. Hij had ook de verschillende signalen binnengekregen. Wie deze man was, wist hij niet – maar hij wist wel dat het niet de Minister van Toverkunst was. Net als Gideon greep hij naar zijn toverstok. ‘Luister naar mijn collega! Laat je toverstok vallen en houd je handen achter je hoofd! En als u wel de Minister bent, mijn nederige excuses, maar dan moet u het zo zien dat u onder arrest niets gedaan kan worden! Het is enkel een veiligheidsprotocol!’
Maar de Minister deed niets. Hij bleef daar gewoon staan, zei niets, deed niets, hij was gewoon aanwezig. Of misschien kwam dat wel omdat het moment lang leek, maar eigenlijk niet was, maar zo overkwam omdat Frodo doodzenuwachtig werd van dit hele gedoe.
Toen er nog niets gebeurde, schoot hij een lamstraal tegen de muur. ‘TOVERSTOK LATEN VALLEN, NU!’
Hij keek naar Gideon. ‘Roep de andere Schouwers op,’ mompelde hij binnensmonds. Frodo hield nog steeds zijn stok op de Minister – of wie het ook was – gericht. Hopelijk zou madam Deemster onder de indruk zijn als het bleek dat het echt een Dooddoenerleider was, die Gideon en hijzelf hadden gearresteerd. En anders… zouden ze onder de indruk moeten zijn van de mate dat ze hun beroep uitvoerden.
‘Ik tel tot 5! Als u niet uw toverstok laat vallen, zorgen wij daarvoor! 5…4… 3… 2…’
Maar de Minister deed niets. Hij bleef daar gewoon staan, zei niets, deed niets, hij was gewoon aanwezig. Of misschien kwam dat wel omdat het moment lang leek, maar eigenlijk niet was, maar zo overkwam omdat Frodo doodzenuwachtig werd van dit hele gedoe.
Toen er nog niets gebeurde, schoot hij een lamstraal tegen de muur. ‘TOVERSTOK LATEN VALLEN, NU!’
Hij keek naar Gideon. ‘Roep de andere Schouwers op,’ mompelde hij binnensmonds. Frodo hield nog steeds zijn stok op de Minister – of wie het ook was – gericht. Hopelijk zou madam Deemster onder de indruk zijn als het bleek dat het echt een Dooddoenerleider was, die Gideon en hijzelf hadden gearresteerd. En anders… zouden ze onder de indruk moeten zijn van de mate dat ze hun beroep uitvoerden.
‘Ik tel tot 5! Als u niet uw toverstok laat vallen, zorgen wij daarvoor! 5…4… 3… 2…’