28/08/2020, 21:49
8 Gele dood
De woedeuitbarsting had te veel energie gekost na de inspannende dag en Isa kreeg zwarte vlekken voor haar ogen. Tyra schoot naar haar toe en pakte haar hand vast terwijl Isa steun vond tegen een van de zachte leunstoelen. Ayla pakte het papiertje voorzichtig uit haar hand en Muriël Sommeerde snel een washandje met koud water, dat ze op Isa's gloeiende voorhoofd legde.
'Dit is niet een van ons, Isa.' De stem van Ayla drong maar vaag tot haar door, Isa begon het bewustzijn te verliezen en vond dat helemaal niet erg. Wat zouden ze wel niet van haar denken? Wat dom ook om je meteen zo druk te maken over een paar kleurpotloodjes...
Haar gedachten kwamen met tussenpozen, steeds langzamer. Isa gleed weg in een warme roes.
'Hé, niet flauwvallen!' Muriël klopte zachtjes tegen haar wangen en depte verder met het washandje.
'Misschien moet ze even langs Madame Pleister,' opperde Tyra.
'Nee, niet naar de ziekenboeg,' kreunde Isa, die bij het horen van die naam ineens opvallend helder kon nadenken.
'Je hoofd is zo rood als een boei en je valt bijna flauw, zeker weten dat je niet even langs de schoolverpleegster wilt?'
'Nee!'
Ayla, Tyra en Muriël keken elkaar vragend aan.
'Ik ben de hele dag al niet lekker, laat me maar, sorry dat ik jullie lastig viel...' Isa wilde opstaan maar zakte vrijwel meteen door haar knieën.
'Daar hoef je je niet voor te verontschuldigen, meis... Kom, we brengen je naar boven.' Tyra haakte een arm door die van Isa en hoewel ze zich probeerde los te trekken ('Ik ben geen oud vrouwtje!'), werd ze doelbewust meegeleid naar de slaapzaal.
Ayla sloeg de dekens terug en Isa zakte met kloppend hoofd op het bed neer.
Muriël trok de deur achter zich dicht en de drie meisjes gingen op het bed naast dat van Isa zitten.
'Isa, je moet even iets goed begrijpen.' Ayla's zachte stem klonk bloedserieus en voor het eerst zag Isa dat ze om haar gaven, hun blikken stonden bezorgd! Na de ijskoude schaamte bracht de aandacht nu een warm gevoel van binnen.
'Dit briefje komt niet van ons, wij zouden nooit ongevraagd aan je spullen zitten, snap je dat?'
Isa mompelde wat en probeerde haar kloppende ogen wat tot rust te brengen. Nadat dat gelukt was, had ze niet meer door hoe Tyra de dekens wat rechtschikte en samen met haar vriendinnen terugkeerde naar de inmiddels verlaten leerlingenkamer.
Er werd met geen woord gerept over de vreemde uitbarsting en Isa probeerde hem uit haar gedachten te verbannen, als een domme uitspatting die per ongeluk van haar hersenen naar haar mond was ontsnapt.
Na het ontbijt liep ze samen met de eerstejaars de trappen naar de kerkers af, terwijl Muriël en Tyra naar Waarzeggerij gingen en Ayla haar overhoring Oude Runen zou krijgen.
De groep lawaaierige mensen die haar klas moest voorstellen, praatte niet met haar, ze was minstens een kop groter dan de meesten en die hadden het zichtbaar druk genoeg met zichzelf. Toverdranken hadden de Ravenklauwers samen met Huffelpuf, zodat het nog drukker was op de gang. Isa was waarschijnlijk de enige die al snel voetstappen de trap hoorde afkomen, gevolgd door een ruisend gewaad. De hoofdpijn kwam weer opzetten door het gekakel van de eerstejaars en Isa was blij toen professor Triginta het lokaal openmaakte en iedereen naar binnen liet. Hij hoefde verder niks te zeggen, kennelijk straalde hij gezag uit voor zijn leerlingen. Isa vond vooral dat hij koelheid uitstraalde, erg vriendelijk keek hij in elk geval niet.
'Jullie opstellen over de Wiklijdselafstreksels waren zwaar onder de maat,' zei hij uiteindelijk zacht en geniepig. Vervolgens begon hij de rollen perkament uit te delen.
'Jullie maken vandaag Wiklijdselaftreksels, de ingrediënten staan op het bord.' Hij zwaaide een keer met zijn stok en er verscheen een lijst ingrediënten, gevolgd door de bereidingswijze op het bord. Isa bestudeerde de lijst aandachtig en schrok toen de leraar ineens voor haar neus stond.
'Jij maakt geen Wiklijdselaftreksel vandaag, tenzij je een bijzondere aanleg blijkt te hebben voor Toverdranken...' Zijn vingers trommelden op de rand van haar ketel.
'Wat weet je al van de edele Kunst der Brouwsels?' Isa stond met haar mond vol tanden. Van alle vragen had ze deze het minst verwacht.
'Vrij weinig,' besloot ze hulpeloos uit te brengen.
'Wat een verrassing,' zei de man droog, 'het lijkt me het beste als je begint met wat theorielessen over de ingrediënten zodat je daarvan de werking leert. Normaliter doen we daar drie weken over, ik verwacht van jou de volgende les een samenvatting van alle basisingrediënten die in je boek staan.' Isa dacht snel na, de volgende les was haar bijles, op donderdag.
'Oké,' zei ze, om zich niet te laten kennen. Haar leraar leek tevreden.
'Je kunt hier in de les beginnen, als je je boek bij je hebt. Ik verwacht minstens drie rollen perkament.'
Isa pakte haar loodzware boek voor Toverdranken uit haar tas en begon de basisingrediënten, die kriskras door elkaar stonden, alfabetisch te ordenen en onder elkaar op te schrijven. Aan het einde van de les was ze al ruim over de helft en terwijl de leerlingen hun brouwsels inleverden bij hun leraar, stopte Isa haar boek terug in haar tas.
Professor Banning was minder stug.
'Ik veronderstel dat je het boek een keertje doorleest, de theorie is minstens zo belangrijk als de praktijk. Je kunt deze les gewoon meedoen, geen gekke zwiepjes maken met je toverstok en er gebeurt niks. We zijn een maand geleden al begonnen met de Leviteerspreuk, die kun jij oefenen terwijl ik de andere leerlingen de theorie over de Locomotorspreuken laat bestuderen.'
Isa knikte blij, ze had erg uitgekeken naar Bezweringen, wat voor haar zoiets was als de basis van alle toverij die ze ooit zou gebruiken; de spreuken.
Professor Banning nam plaats op een stapel boeken achter zijn bureau en vroeg om stilte. De hele klas was op slag stil.
'Vandaag beginnen we met de Locomotorspreuken. Anders dan bij de Leviteerspreuk, geeft een Locomotorspreuk je meer macht over het voorwerp dat je laat bewegen. Het hoeft niet eerst de lucht in, maar kan ook gewoon over de grond verplaatst worden. Ik wil iedereen vragen de inleiding over Locomotorspreuken te lezen op pagina vijftien van je boek, en daarna de vragen te maken die op het bord staan.' Professor Banning knipte in zijn vingers en er verscheen een lijst vragen op het bord. De leerlingen pakten zuchtend hun boeken, balend dat ze geen praktijkles hadden. Banning liep naar Isa's tafeltje toe, ze zat alleen.
'Pak je toverstok maar,' zei hij vriendelijk. Isa trok haar stok wat onwennig uit haar gewaad en pakte hem over naar haar linkerhand.
'De Leviteerspreuk is de eerste spreuk die we jonge studenten leren op Zweinstein. De woorden die je uit moet spreken zijn "Wingardium Leviosa",' begon Banning, 'waarbij de nadruk gelegd moet worden op ósa. We oefenen eerst even het zwiepje, doe mij maar na.' Hij maakte een klein zwiepje met zijn toverstok. Isa zwiepte hem na.
'Iets venijniger mag wel, juffrouw Ruyshof, vanuit de pols.' Isa zwiepte harder, maar het bleef vreemd aanvoelen met de hand waarmee ze noch schreef, noch ooit dingen van een hoge plank pakte of ballen gooide.
'Oké, genoeg gezwiept. Ik heb hier een veer waarop je kunt oefenen.' Hij legde een witte veer op haar tafel.
Er ging een steeds luider verontwaardigd gemompel door de klas.
'Waarom mag zíj meteen de eerste les al toveren?' vroeg een jongen met sprieterig zwart haar aan zijn buurman. Die haalde zijn schouders op.
'Lezen kan zonder te praten,' zei professor Banning tot zijn klas, 'en vragen maken ook.' Het werd weer stil.
'Begin maar met oefenen, het geheim zit hem in het zwiepje en de klemtoon in de spreuk. Wacht, ik zal het een keertje voordoen.'
Met een simpele zwiep toverde Banning de veer de lucht in en dirigeerde hem met losse pols door het lokaal.
'Nu jij.'
Isa werd rood, het was doodstil in de klas en iedereen keek haar kant uit.
'Wingardium Leviosa,' zei ze zacht terwijl ze het zwiepje met haar toverstok maakte.
Er gebeurde niks en het leek of er een zucht van verlichting door de klas ging. Zij kon het ook niet in één keer.
'Concentreer je,' zei haar leraar, 'het hoeft niet meteen te lukken hoor, probeer het maar gewoon een tijdje.'
'Wingardium Leviosa.' Er gebeurde weer niets.
'Wingardium Leviosa.' De veer bewoog even en Isa keek verbaasd opzij. De jongen met het zwarte haar zat in haar richting te blazen terwijl zijn buurman bijna op de grond rolde van het lachen. Ze rolde met haar ogen en richtte zich weer tot de veer.
De klas besteedde geen aandacht meer aan haar, de leerlingen pakten één voor één veer en perkament en begonnen de vragen te maken over de Locomotorspreuken.
Isa richtte haar toverstok nog een paar keer op de veer en zei luid en duidelijk de spreuk, tevergeefs.
Professor Banning kwam naar haar toe gelopen en ging op een stoel staan zodat hij haar hand kon vastpakken.
'We proberen het samen,' zei hij met een glimlach. Zijn kleine handje sloot zich om die van Isa.
'Kom op, zeg de spreuk,' spoorde hij haar aan.
'Wingardium Leviosa.'
Hun handen, geklemd om Isa's toverstok, maakten een sierlijke zwiep in de lucht en hoewel links niet Bannings stokhand was, bewoog de veer en steeg hij op.
Isa's hart maakte een sprongetje van vreugde, het voelde ontzettend machtig om iets te kunnen laten bewegen met toverkracht, zonder dat je het aanraakte. 'Concentreer je op de veer, laat hem niet vallen.' Banning liet haar hand los en sprong lenig van de stoel. Isa bleef strak naar de veer kijken en dwong hem in de lucht te blijven.
'Geweldig, juffrouw Ruyshof, een echte Ravenklauw, zo mag ik het zien, tien punten voor Ravenklauw.'
Isa glunderde en liet daarmee de veer ontsnappen aan haar spreuk zodat hij naar beneden dwarrelde.
'Dat meen je niet?'
Ayla keek haar tegen het binnenvallende licht van de laagstaande zon in ongelovig aan.
'In één les?'
'Zoals ik al zei, samen met professor Banning, ja.' Isa knikte trots.
'In onze klas duurde het een hele week voordat iemand die veer ook maar één centimeter de lucht in kreeg.'
Ze grinnikte. 'Het is nu al mijn lievelingsvak; Bezweringen... Hoe ging Oude Runen?'
Ayla grinnikte mee. 'Ik had Zelfcorrigerende Inkt meegenomen, en hij merkte het niet eens.' Nu was het Isa's beurt om verbaasd te kijken.
'Heel handig spul, gekocht in Zweinsveld. Eigenlijk is het hartstikke illegaal, maar zolang niemand het merkt o zo handig... Je moet eens mee naar Zweinsveld, ben je daar al eens geweest? Vooral Zonko's is echt lachen...'
Ayla ratelde aan één stuk door en hield pas op toen Isa haar aan tafel in de Grote Zaal de gebakken worstjes aangaf waar ze om vroeg.
'Waar zijn Muriël en Tyra eigenlijk?'
Ayla keek op van haar sterrenkaart.
'Dansen en Zwerkballen, neem ik aan...'
'Oké.'
Het was een moment stil.
'Ik ga ook maar eens dan...'
'Wat voor bijles heb je vanavond?'
'Transfiguratie.'
'Ah, Anderling. Houd haar te vriend, ze is streng doch rechtvaardig, een ontzettend goede lerares.'
Isa knikte.
'Succes.'
Het was doodstil in het kasteel, maar vanuit het kantoortje van Minerva Anderling klonken stemmen en Isa hoorde een haardvuur vrolijk knetteren toen ze aanklopte.
'Een momentje, juffrouw Ruyshof, ik ben bijna klaar met deze twee heren.'
Isa zakte met haar rug tegen de muur op de grond tegenover het kantoortje en wachtte tot het gesprek afgelopen zou zijn.
Niet veel later zwaaide de deur open en kwam de jongen met het zwarte sprieterige haar naar buiten, gevolgd door zijn goedlachse vriend.
'De hele prijzenkast, die is groot... Dat van die stinkbom in de meisjestoiletten was misschien niet zo'n goed idee.'
Toen professor Anderling het over 'heren' had verwachtte Isa meteen hooggeplaatste tovenaars, maar het bleken gewoon eerstejaars te zijn die straf hadden gekregen voor een stinkbom. Isa grinnikte onwillekeurig en stapte het kantoortje binnen.
Na de koele gangen was het binnen in het knusse kantoor behaaglijk. Overal lagen stapels papier en in een hoek stond een Griffoendorvlag. De donkerrode bekleding van de stoelen combineerde perfect met de warme zachte gloed die zich vanuit de openhaard door de kamer verspreidde, maar de stoelen voor de haard waren leeg. Isa keek speurend rond, maar het enige levende wezen in de ruimte was een cyperse kat, die spinnend op het haardkleedje zat en Isa van top tot teen in zich opnam.
'Professor Anderling?' vroeg ze voorzichtig aan het beest.
Toen ze met haar ogen knipperde stond er ineens een vrouw voor de haard. Haar haar zat in een strakke knot gewikkeld en een vierkanten bril sierde haar neus.
'Goed geraden, tien punten voor Ravenklauw, ga zitten.'
Met de hand waarmee Minerva Anderling een toverstok vasthield wees ze naar de gemakkelijke stoelen bij de haard.
'Hoe bevalt het tovenaarsleven u, juffrouw Ruyshof?'
Isa plofte neer in een stoel en probeerde een zo eerlijk mogelijk antwoord te geven.
'Het leven van een tovenaar zit vol verrassingen.' Kwam tenslotte over haar lippen.
'Dat hebt u mooi gezegd.' Er verschenen lachrimpeltjes naast de ogen van de strenge lerares Transfiguratie.
'Bent u een Transformagiër?' De vraag zweefde in Isa's hoofd vanaf dat de kat voor haar ogen in een vrouw was veranderd.
'Nee, nee, geen Transformagiër,' glimlachte professor Anderling, 'u bent nieuwsgierig...'
Isa werd knalrood en mompelde iets over een moeilijke spreuk bij Transfiguratie.
'Ah, u hebt het boek bestudeerd?'
Isa knikte, nog steeds haar ogen op de vloer gericht.
'Mens-dier veranderingen zijn inderdaad zeer ingewikkeld en helaas niet uitvoerbaar op de uitspreker van de spreuk... We beginnen meestal met iets kleinere voorwerpen, een lucifer in een naald veranderen bijvoorbeeld.'
Met een zwaai van haar toverstok toverde Minerva Anderling een lucifer tevoorschijn en legde hem voor Isa op tafel.
'Ik zou graag willen weten of u inderdaad het magisch talent bezit waarover mijn collega Filius Banning vertelde.'
Isa kreeg opnieuw een hoofd als een boei.
'Niet zo verlegen, juffrouw Ruyshof, als u het boek hebt gelezen weet u dat de spreuk 'Acus Fibula' is.'
Isa knikte, ze had het boek inderdaad gelezen en ze had ook al verwacht dat ze deze transfiguratie het eerst zouden behandelen, maar meteen toverspreuken uitspreken voor de neus van de lerares... Ze haalde met tegenzin haar toverstok tevoorschijn en ging wat rechter op in haar stoel zitten.
Anderling gaf haar een bemoedigend knikje, waarna Isa haar stok op de lucifer richtte en duidelijk 'Acus Fibula' zei.
Er gebeurde niets.
'Geeft niets,' zei professor Anderling meteen, alsof ze niet alleen Isa maar ook zichzelf wilde geruststellen, 'het is niet ongewoon dat toverkunst niet in één keer lukt, zeker niet als de magische krachten pas net bekend zijn.'
Isa vervloekte zichzelf in stilte en probeerde ongemerkt de toverstok over te pakken van haar rechter- in haar linkerhand, wat lukte omdat er iemand op de deur klopte.
'Binnen,' zei Anderling prompt.
'Minerva, ik vrees... Ah, juffrouw Ruyshof.' Professor Perkamentus stond in de deuropening en knikte vriendelijk naar Isa, maar zijn diep verontruste blik bleef rusten op Minerva Anderling.
'We hebben een sterfgeval.'
Het hoofd van Zweinsteins Hogeschool voor Hekserij en Hocus-Pocus en zijn vrouwelijke rechterhand wisselden blikken, maar Isa begreep het al.
'Ik zal hard oefenen, professor, tot woensdag.'
Terwijl Isa de trappen af holde naar de ingang van haar leerlingenkamer schoten honderden gedachten door haar hoofd. Wie was er dood? Had het iets te maken met Voldemort, Meila misschien?
In de leerlingenkamer was het een drukte van je welste. Muriël liep rond op sportschoenen met de roze boa rond haar nek en Tyra had het hoogste woord terwijl ze nijdig met het achtereind van haar bezem op de grond stampte.
'Hoe durven ze ons juist nú uit een training te halen, zo winnen we nooit van Huffelpuf, het is schandálig!'
Ayla liep meteen op Isa af.
'Ben jij ook teruggestuurd naar hier?'
Isa knikte.
'Er is iemand dood.'
De woedeuitbarsting had te veel energie gekost na de inspannende dag en Isa kreeg zwarte vlekken voor haar ogen. Tyra schoot naar haar toe en pakte haar hand vast terwijl Isa steun vond tegen een van de zachte leunstoelen. Ayla pakte het papiertje voorzichtig uit haar hand en Muriël Sommeerde snel een washandje met koud water, dat ze op Isa's gloeiende voorhoofd legde.
'Dit is niet een van ons, Isa.' De stem van Ayla drong maar vaag tot haar door, Isa begon het bewustzijn te verliezen en vond dat helemaal niet erg. Wat zouden ze wel niet van haar denken? Wat dom ook om je meteen zo druk te maken over een paar kleurpotloodjes...
Haar gedachten kwamen met tussenpozen, steeds langzamer. Isa gleed weg in een warme roes.
'Hé, niet flauwvallen!' Muriël klopte zachtjes tegen haar wangen en depte verder met het washandje.
'Misschien moet ze even langs Madame Pleister,' opperde Tyra.
'Nee, niet naar de ziekenboeg,' kreunde Isa, die bij het horen van die naam ineens opvallend helder kon nadenken.
'Je hoofd is zo rood als een boei en je valt bijna flauw, zeker weten dat je niet even langs de schoolverpleegster wilt?'
'Nee!'
Ayla, Tyra en Muriël keken elkaar vragend aan.
'Ik ben de hele dag al niet lekker, laat me maar, sorry dat ik jullie lastig viel...' Isa wilde opstaan maar zakte vrijwel meteen door haar knieën.
'Daar hoef je je niet voor te verontschuldigen, meis... Kom, we brengen je naar boven.' Tyra haakte een arm door die van Isa en hoewel ze zich probeerde los te trekken ('Ik ben geen oud vrouwtje!'), werd ze doelbewust meegeleid naar de slaapzaal.
Ayla sloeg de dekens terug en Isa zakte met kloppend hoofd op het bed neer.
Muriël trok de deur achter zich dicht en de drie meisjes gingen op het bed naast dat van Isa zitten.
'Isa, je moet even iets goed begrijpen.' Ayla's zachte stem klonk bloedserieus en voor het eerst zag Isa dat ze om haar gaven, hun blikken stonden bezorgd! Na de ijskoude schaamte bracht de aandacht nu een warm gevoel van binnen.
'Dit briefje komt niet van ons, wij zouden nooit ongevraagd aan je spullen zitten, snap je dat?'
Isa mompelde wat en probeerde haar kloppende ogen wat tot rust te brengen. Nadat dat gelukt was, had ze niet meer door hoe Tyra de dekens wat rechtschikte en samen met haar vriendinnen terugkeerde naar de inmiddels verlaten leerlingenkamer.
Er werd met geen woord gerept over de vreemde uitbarsting en Isa probeerde hem uit haar gedachten te verbannen, als een domme uitspatting die per ongeluk van haar hersenen naar haar mond was ontsnapt.
Na het ontbijt liep ze samen met de eerstejaars de trappen naar de kerkers af, terwijl Muriël en Tyra naar Waarzeggerij gingen en Ayla haar overhoring Oude Runen zou krijgen.
De groep lawaaierige mensen die haar klas moest voorstellen, praatte niet met haar, ze was minstens een kop groter dan de meesten en die hadden het zichtbaar druk genoeg met zichzelf. Toverdranken hadden de Ravenklauwers samen met Huffelpuf, zodat het nog drukker was op de gang. Isa was waarschijnlijk de enige die al snel voetstappen de trap hoorde afkomen, gevolgd door een ruisend gewaad. De hoofdpijn kwam weer opzetten door het gekakel van de eerstejaars en Isa was blij toen professor Triginta het lokaal openmaakte en iedereen naar binnen liet. Hij hoefde verder niks te zeggen, kennelijk straalde hij gezag uit voor zijn leerlingen. Isa vond vooral dat hij koelheid uitstraalde, erg vriendelijk keek hij in elk geval niet.
'Jullie opstellen over de Wiklijdselafstreksels waren zwaar onder de maat,' zei hij uiteindelijk zacht en geniepig. Vervolgens begon hij de rollen perkament uit te delen.
'Jullie maken vandaag Wiklijdselaftreksels, de ingrediënten staan op het bord.' Hij zwaaide een keer met zijn stok en er verscheen een lijst ingrediënten, gevolgd door de bereidingswijze op het bord. Isa bestudeerde de lijst aandachtig en schrok toen de leraar ineens voor haar neus stond.
'Jij maakt geen Wiklijdselaftreksel vandaag, tenzij je een bijzondere aanleg blijkt te hebben voor Toverdranken...' Zijn vingers trommelden op de rand van haar ketel.
'Wat weet je al van de edele Kunst der Brouwsels?' Isa stond met haar mond vol tanden. Van alle vragen had ze deze het minst verwacht.
'Vrij weinig,' besloot ze hulpeloos uit te brengen.
'Wat een verrassing,' zei de man droog, 'het lijkt me het beste als je begint met wat theorielessen over de ingrediënten zodat je daarvan de werking leert. Normaliter doen we daar drie weken over, ik verwacht van jou de volgende les een samenvatting van alle basisingrediënten die in je boek staan.' Isa dacht snel na, de volgende les was haar bijles, op donderdag.
'Oké,' zei ze, om zich niet te laten kennen. Haar leraar leek tevreden.
'Je kunt hier in de les beginnen, als je je boek bij je hebt. Ik verwacht minstens drie rollen perkament.'
Isa pakte haar loodzware boek voor Toverdranken uit haar tas en begon de basisingrediënten, die kriskras door elkaar stonden, alfabetisch te ordenen en onder elkaar op te schrijven. Aan het einde van de les was ze al ruim over de helft en terwijl de leerlingen hun brouwsels inleverden bij hun leraar, stopte Isa haar boek terug in haar tas.
Professor Banning was minder stug.
'Ik veronderstel dat je het boek een keertje doorleest, de theorie is minstens zo belangrijk als de praktijk. Je kunt deze les gewoon meedoen, geen gekke zwiepjes maken met je toverstok en er gebeurt niks. We zijn een maand geleden al begonnen met de Leviteerspreuk, die kun jij oefenen terwijl ik de andere leerlingen de theorie over de Locomotorspreuken laat bestuderen.'
Isa knikte blij, ze had erg uitgekeken naar Bezweringen, wat voor haar zoiets was als de basis van alle toverij die ze ooit zou gebruiken; de spreuken.
Professor Banning nam plaats op een stapel boeken achter zijn bureau en vroeg om stilte. De hele klas was op slag stil.
'Vandaag beginnen we met de Locomotorspreuken. Anders dan bij de Leviteerspreuk, geeft een Locomotorspreuk je meer macht over het voorwerp dat je laat bewegen. Het hoeft niet eerst de lucht in, maar kan ook gewoon over de grond verplaatst worden. Ik wil iedereen vragen de inleiding over Locomotorspreuken te lezen op pagina vijftien van je boek, en daarna de vragen te maken die op het bord staan.' Professor Banning knipte in zijn vingers en er verscheen een lijst vragen op het bord. De leerlingen pakten zuchtend hun boeken, balend dat ze geen praktijkles hadden. Banning liep naar Isa's tafeltje toe, ze zat alleen.
'Pak je toverstok maar,' zei hij vriendelijk. Isa trok haar stok wat onwennig uit haar gewaad en pakte hem over naar haar linkerhand.
'De Leviteerspreuk is de eerste spreuk die we jonge studenten leren op Zweinstein. De woorden die je uit moet spreken zijn "Wingardium Leviosa",' begon Banning, 'waarbij de nadruk gelegd moet worden op ósa. We oefenen eerst even het zwiepje, doe mij maar na.' Hij maakte een klein zwiepje met zijn toverstok. Isa zwiepte hem na.
'Iets venijniger mag wel, juffrouw Ruyshof, vanuit de pols.' Isa zwiepte harder, maar het bleef vreemd aanvoelen met de hand waarmee ze noch schreef, noch ooit dingen van een hoge plank pakte of ballen gooide.
'Oké, genoeg gezwiept. Ik heb hier een veer waarop je kunt oefenen.' Hij legde een witte veer op haar tafel.
Er ging een steeds luider verontwaardigd gemompel door de klas.
'Waarom mag zíj meteen de eerste les al toveren?' vroeg een jongen met sprieterig zwart haar aan zijn buurman. Die haalde zijn schouders op.
'Lezen kan zonder te praten,' zei professor Banning tot zijn klas, 'en vragen maken ook.' Het werd weer stil.
'Begin maar met oefenen, het geheim zit hem in het zwiepje en de klemtoon in de spreuk. Wacht, ik zal het een keertje voordoen.'
Met een simpele zwiep toverde Banning de veer de lucht in en dirigeerde hem met losse pols door het lokaal.
'Nu jij.'
Isa werd rood, het was doodstil in de klas en iedereen keek haar kant uit.
'Wingardium Leviosa,' zei ze zacht terwijl ze het zwiepje met haar toverstok maakte.
Er gebeurde niks en het leek of er een zucht van verlichting door de klas ging. Zij kon het ook niet in één keer.
'Concentreer je,' zei haar leraar, 'het hoeft niet meteen te lukken hoor, probeer het maar gewoon een tijdje.'
'Wingardium Leviosa.' Er gebeurde weer niets.
'Wingardium Leviosa.' De veer bewoog even en Isa keek verbaasd opzij. De jongen met het zwarte haar zat in haar richting te blazen terwijl zijn buurman bijna op de grond rolde van het lachen. Ze rolde met haar ogen en richtte zich weer tot de veer.
De klas besteedde geen aandacht meer aan haar, de leerlingen pakten één voor één veer en perkament en begonnen de vragen te maken over de Locomotorspreuken.
Isa richtte haar toverstok nog een paar keer op de veer en zei luid en duidelijk de spreuk, tevergeefs.
Professor Banning kwam naar haar toe gelopen en ging op een stoel staan zodat hij haar hand kon vastpakken.
'We proberen het samen,' zei hij met een glimlach. Zijn kleine handje sloot zich om die van Isa.
'Kom op, zeg de spreuk,' spoorde hij haar aan.
'Wingardium Leviosa.'
Hun handen, geklemd om Isa's toverstok, maakten een sierlijke zwiep in de lucht en hoewel links niet Bannings stokhand was, bewoog de veer en steeg hij op.
Isa's hart maakte een sprongetje van vreugde, het voelde ontzettend machtig om iets te kunnen laten bewegen met toverkracht, zonder dat je het aanraakte. 'Concentreer je op de veer, laat hem niet vallen.' Banning liet haar hand los en sprong lenig van de stoel. Isa bleef strak naar de veer kijken en dwong hem in de lucht te blijven.
'Geweldig, juffrouw Ruyshof, een echte Ravenklauw, zo mag ik het zien, tien punten voor Ravenklauw.'
Isa glunderde en liet daarmee de veer ontsnappen aan haar spreuk zodat hij naar beneden dwarrelde.
'Dat meen je niet?'
Ayla keek haar tegen het binnenvallende licht van de laagstaande zon in ongelovig aan.
'In één les?'
'Zoals ik al zei, samen met professor Banning, ja.' Isa knikte trots.
'In onze klas duurde het een hele week voordat iemand die veer ook maar één centimeter de lucht in kreeg.'
Ze grinnikte. 'Het is nu al mijn lievelingsvak; Bezweringen... Hoe ging Oude Runen?'
Ayla grinnikte mee. 'Ik had Zelfcorrigerende Inkt meegenomen, en hij merkte het niet eens.' Nu was het Isa's beurt om verbaasd te kijken.
'Heel handig spul, gekocht in Zweinsveld. Eigenlijk is het hartstikke illegaal, maar zolang niemand het merkt o zo handig... Je moet eens mee naar Zweinsveld, ben je daar al eens geweest? Vooral Zonko's is echt lachen...'
Ayla ratelde aan één stuk door en hield pas op toen Isa haar aan tafel in de Grote Zaal de gebakken worstjes aangaf waar ze om vroeg.
'Waar zijn Muriël en Tyra eigenlijk?'
Ayla keek op van haar sterrenkaart.
'Dansen en Zwerkballen, neem ik aan...'
'Oké.'
Het was een moment stil.
'Ik ga ook maar eens dan...'
'Wat voor bijles heb je vanavond?'
'Transfiguratie.'
'Ah, Anderling. Houd haar te vriend, ze is streng doch rechtvaardig, een ontzettend goede lerares.'
Isa knikte.
'Succes.'
Het was doodstil in het kasteel, maar vanuit het kantoortje van Minerva Anderling klonken stemmen en Isa hoorde een haardvuur vrolijk knetteren toen ze aanklopte.
'Een momentje, juffrouw Ruyshof, ik ben bijna klaar met deze twee heren.'
Isa zakte met haar rug tegen de muur op de grond tegenover het kantoortje en wachtte tot het gesprek afgelopen zou zijn.
Niet veel later zwaaide de deur open en kwam de jongen met het zwarte sprieterige haar naar buiten, gevolgd door zijn goedlachse vriend.
'De hele prijzenkast, die is groot... Dat van die stinkbom in de meisjestoiletten was misschien niet zo'n goed idee.'
Toen professor Anderling het over 'heren' had verwachtte Isa meteen hooggeplaatste tovenaars, maar het bleken gewoon eerstejaars te zijn die straf hadden gekregen voor een stinkbom. Isa grinnikte onwillekeurig en stapte het kantoortje binnen.
Na de koele gangen was het binnen in het knusse kantoor behaaglijk. Overal lagen stapels papier en in een hoek stond een Griffoendorvlag. De donkerrode bekleding van de stoelen combineerde perfect met de warme zachte gloed die zich vanuit de openhaard door de kamer verspreidde, maar de stoelen voor de haard waren leeg. Isa keek speurend rond, maar het enige levende wezen in de ruimte was een cyperse kat, die spinnend op het haardkleedje zat en Isa van top tot teen in zich opnam.
'Professor Anderling?' vroeg ze voorzichtig aan het beest.
Toen ze met haar ogen knipperde stond er ineens een vrouw voor de haard. Haar haar zat in een strakke knot gewikkeld en een vierkanten bril sierde haar neus.
'Goed geraden, tien punten voor Ravenklauw, ga zitten.'
Met de hand waarmee Minerva Anderling een toverstok vasthield wees ze naar de gemakkelijke stoelen bij de haard.
'Hoe bevalt het tovenaarsleven u, juffrouw Ruyshof?'
Isa plofte neer in een stoel en probeerde een zo eerlijk mogelijk antwoord te geven.
'Het leven van een tovenaar zit vol verrassingen.' Kwam tenslotte over haar lippen.
'Dat hebt u mooi gezegd.' Er verschenen lachrimpeltjes naast de ogen van de strenge lerares Transfiguratie.
'Bent u een Transformagiër?' De vraag zweefde in Isa's hoofd vanaf dat de kat voor haar ogen in een vrouw was veranderd.
'Nee, nee, geen Transformagiër,' glimlachte professor Anderling, 'u bent nieuwsgierig...'
Isa werd knalrood en mompelde iets over een moeilijke spreuk bij Transfiguratie.
'Ah, u hebt het boek bestudeerd?'
Isa knikte, nog steeds haar ogen op de vloer gericht.
'Mens-dier veranderingen zijn inderdaad zeer ingewikkeld en helaas niet uitvoerbaar op de uitspreker van de spreuk... We beginnen meestal met iets kleinere voorwerpen, een lucifer in een naald veranderen bijvoorbeeld.'
Met een zwaai van haar toverstok toverde Minerva Anderling een lucifer tevoorschijn en legde hem voor Isa op tafel.
'Ik zou graag willen weten of u inderdaad het magisch talent bezit waarover mijn collega Filius Banning vertelde.'
Isa kreeg opnieuw een hoofd als een boei.
'Niet zo verlegen, juffrouw Ruyshof, als u het boek hebt gelezen weet u dat de spreuk 'Acus Fibula' is.'
Isa knikte, ze had het boek inderdaad gelezen en ze had ook al verwacht dat ze deze transfiguratie het eerst zouden behandelen, maar meteen toverspreuken uitspreken voor de neus van de lerares... Ze haalde met tegenzin haar toverstok tevoorschijn en ging wat rechter op in haar stoel zitten.
Anderling gaf haar een bemoedigend knikje, waarna Isa haar stok op de lucifer richtte en duidelijk 'Acus Fibula' zei.
Er gebeurde niets.
'Geeft niets,' zei professor Anderling meteen, alsof ze niet alleen Isa maar ook zichzelf wilde geruststellen, 'het is niet ongewoon dat toverkunst niet in één keer lukt, zeker niet als de magische krachten pas net bekend zijn.'
Isa vervloekte zichzelf in stilte en probeerde ongemerkt de toverstok over te pakken van haar rechter- in haar linkerhand, wat lukte omdat er iemand op de deur klopte.
'Binnen,' zei Anderling prompt.
'Minerva, ik vrees... Ah, juffrouw Ruyshof.' Professor Perkamentus stond in de deuropening en knikte vriendelijk naar Isa, maar zijn diep verontruste blik bleef rusten op Minerva Anderling.
'We hebben een sterfgeval.'
Het hoofd van Zweinsteins Hogeschool voor Hekserij en Hocus-Pocus en zijn vrouwelijke rechterhand wisselden blikken, maar Isa begreep het al.
'Ik zal hard oefenen, professor, tot woensdag.'
Terwijl Isa de trappen af holde naar de ingang van haar leerlingenkamer schoten honderden gedachten door haar hoofd. Wie was er dood? Had het iets te maken met Voldemort, Meila misschien?
In de leerlingenkamer was het een drukte van je welste. Muriël liep rond op sportschoenen met de roze boa rond haar nek en Tyra had het hoogste woord terwijl ze nijdig met het achtereind van haar bezem op de grond stampte.
'Hoe durven ze ons juist nú uit een training te halen, zo winnen we nooit van Huffelpuf, het is schandálig!'
Ayla liep meteen op Isa af.
'Ben jij ook teruggestuurd naar hier?'
Isa knikte.
'Er is iemand dood.'