Havermouth is een Dreuzeldorpje.
Het Mes op de Keel is de dorpskroeg van het dorpje Havermouth. Op een avond in 1944 puilde het uit van de mensen. Het hele dorp was naar de kroeg afgezakt om de moord op de familie Vilijn te bespreken. Later op die avond kwam de kokkin van de Vilijns de kroeg binnen, met het nieuws dat Frank Braam gearresteerd was. Eén van de klanten van de kroeg in 1944 was Dora.
Op het kerkhof van Havermouth liggen de Vilijns begraven sinds hun dood in 1944. Hun graven trokken een tijdlang veel nieuwsgierigen. Aan de ene kant van het kerkhof is er een heuvel, met daarop een fraai, oud huis - Villa Vilijn. Aan de andere kant staat er een klein kerkje, achter een grote taxusboom.
Op 24 juni 1995 worden Harry en Carlo Kannewasser naar dit kerkhof getransporteerd. Ze hadden afgesproken om samen te Toverschool Trofee te nemen, en het op een gelijkspel te houden. Ze wisten echter niet dat deze Trofee veranderd was in een Viavia door Barto Krenck junior. Op het kerkhof aangekomen ontmoeten ze een in mantel gehulde Wormstaart, die een mysterieus iets in zijn armen hield. Het wezen in het bundeltje, dat de vorm heeft van een mismaakt kind, geeft Wormstaart de opdracht Carlo te doden. Er is een groene lichtflits en Carlo valt dood neer.
Harry wordt daarna door Wormstaart zo'n 6 meter verdergesleept, en wordt daar ruw tegen een marmeren grafsteen gesmeten. Op de grafsteen stond de naam 'Marten Vilijn'. Wormstaart bindt Harry vast en haalt een grote, stenen ketel, gevuld met water. Hij laat het wezen in het bundeltje in de ketel zakken en begint aan een soort oude vorm van Zwarte Kunst. Hij gaat zijn meester - Voldemort - helpen te herrijzen en terug aan een lichaam te komen. Daarvoor zijn er 3 ingrediënten nodig, bot van de vader, vlees van de dienaar, en bloed van de gehate. Wanneer hij het eerste ingrediënt nodig heeft splijt te aarde aan Harry's voeten open, en rijst er een dun stroompje stof in de ketel. Voor het tweede ingrediënt hakt Wormstaart zijn eigen hand af. Voor het derde en laatste ingrediënt had hij Harry nodig. Hij snijdt Harry aan de binnenkant van zijn elleboog en vangt het bloed op. Wanneer alle ingrediënten in de ketel zijn kolkt er een dichte, witte damp op uit de ketel. Even later verschijnt het silhouet van een magere, lange man - Voldemort, in zijn nieuwe lichaam.
Niet veel later roept Voldemort de Dooddoeners op door op het Duistere Teken op de linkerarm van Wormstaart te drukken. Er klinkt overal het geruis van mantels, en de Dooddoeners Verschijnselen tussen de graven, achter de taxusboom of op een beschaduwd plekje. Voldemort laat hen duidelijk merken dat hij niet vergeeft, en dat ze boetedoening moeten doen. Hij schenkt Wormstaart een zilveren, ijzersterke hand. Daarna vertelt hij de Dooddoeners het hele verhaal te beginnen bij zijn ondergang op 31 oktober 1981.
Na het verhaal wil Voldemort bewijzen dat Harry enkel ontkomen is door gelukkig toeval. Hij wil duelleren om aan te tonen dat hij de machtigste is. Hij geeft Wormstaart de opdracht om Harry los te maken, en zijn toverstok terug te geven. De Dooddoeners vormen een kring rond Harry en Voldemort, en het duel begint. Wanneer Harry 'Expelliarmus' roept en Voldemort 'Avada Kedavra', gebeurd er iets vreemds. Hun toverstokken worden door een lichtbundel met elkaar verbonden. Plotseling komen ze los van de grond, en glijden ze weg van de grafsteen van Marten Vilijn. Ze dalen weer op een leeg stuk grond waar geen graven zijn, weg van de Dooddoeners. Door Harry's wilskracht vindt het omgekeerde spreukeffect plaats. De spreuk die Voldemort op dat moment gebruikt, wordt in omgekeerde volgorde weergegeven. Harry ziet schimmen van Carlo Kannewasser, Frank Braam, Berta Kriel en tenslotte zijn moeder en zijn vader verschijnen. Ze geven hem moed, en helpen hem ontsnappen.
Wanneer Harry de verbinding verbreekt drommen alle schimmen samen rond Voldemort. In de verwarring kan Harry naar het lijk van Carlo lopen. Hij neemt het vast en sleurt het mee naar de Trofee. Hij kan net de spreuken van de Dooddoeners ontwijken. Wanneer hij de Trofee aanraakt wordt hij weer naar Zweinstein getransporteerd, samen met het lijk van Carlo. Een woedende Voldemort blijft achter op het kerkhof van Havermouth.