Hier vinden jullie alles terug over de Fabeldieren uit de wereld van Harry Potter. Voor deze encyclopedie samen te stellen hebben we de informatie uit de HP boeken gecombineerd met de informatie van het comic relief boekje "Fabeldieren en waar ze te vinden".
De volgende classificatie is opgesteld door het Ministerie van Toverkunst.
XXXXX Bekende Tovenaardoder / onmogelijk af te richten of te temmen.
XXXX Gevaarlijk / vereist specialistische kennis / eventueel handelbaar door bekwaam tovenaar.
XXX Mag geen probleem opleveren voor kundig tovenaar.
XX Onschadelijk / kan als huisdier worden gehouden.
X Slaapverwekkend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Monsterlijk, achtogige, sprekende spin met dik zwart haar.
Komt voor in: Oorspronkelijke uit Borneo.
Eigenschappen: Maakt klikkend geluid bij verschillende emoties. Het vrouwtje is groter dan het mannetje.
Voedsel: Vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Is ongeveer 15 a 20 centimeter groot, kleurloos.
Komt voor in: Groot-Brittannië en Ierland. Vooral in vochtige en drassige gebieden.
Eigenschappen: Kluchtig gevoel voor humor.
Voedsel: /
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt op een slang met rode ogen.
Komt voor in: Ontstaat uit een te lang brandend magisch vuur.
Eigenschappen: Leeft een uur en haar eieren stralen een intense hitte uit die alles in brand steekt.
Voedsel: /
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Magere en treurig uitziende vogel die iets weg heeft van een ondervoede gier.
Komt voor in: Inheems in Groot-Brittannië en Ierland maar wordt ook elders in Noord-Europa aangetroffen.
Eigenschappen: Zingt als er regen op komst is.
Voedsel: Insecten en feeën.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Felgroen, kan meer dan vijftien meter lang worden, heeft gele ogen. Mannetje heeft vuurrode pluim op zijn kop.
Komt voor in: Overal waar een pad een kippenei uitbroedt.
Eigenschappen: Heeft giftige ogen die je doden wanneer je erin kijkt en verstenen wanneer je het via een andere weg ziet.
Voedsel: Alle zoogdieren en vogels en de meeste reptielen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Insect van een centimeter lang en saffierblauw. De vleugels bevinden zich op zijn kop en draaien heel snel.
Komt voor in: Australië.
Eigenschappen: Als je door een Billywig wordt gestoken ga je bijvoorbeeld zweven.
Voedsel: /
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Bestaat uit schors en takjes en heeft twee minuscule bruine ogen op zijn lichaam.
Komt voor in: Engeland, Zuid-Duitsland en in sommige Scandinavische bossen.
Eigenschappen: Bewaakt een boom, door ogen van bijvoorbeeld houthakkers uit te steken.
Voedsel: Insecten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt op een hoopje groene schimmel met twee ogen.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Scheidt een vloeistof af waardoor fundamenten verrotten.
Voedsel: Vuil.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Het hoofd, de romp en de armen zijn menselijk en gaan over op een paardenlichaam.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Griekenland, maar tegenwoordig in vele delen van Europa.
Eigenschappen: Ze bedrijven magische geneeskunst, waarzeggerij, boogschieten en astronomie.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk gras.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Kop van een leeuw, lichaam van een geit en de staart van een draak.
Komt voor in: Griekenland
Eigenschappen: Bloedorstig, kwaadaardig en uitermate gevaarlijk.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Heeft iets weg van een kruising tussen een aap en een kikker, heeft een gladde en haarloze huid van vlekkerig groen. De handen en voeten zijn voorzien van vliezen en de armen en benen zijn soepel. De kop heeft een korte hoorn en hij heeft een brede bek.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Noord-Amerika, maar tegenwoordig wereldwijd.
Eigenschappen: Heeft een grote puist op zijn voorhoofd die rood wordt bij gevaar.
Voedsel: Kleine hagedissen en vogels.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt sprekend op een Jack-Russell-terriër met een gevorkte staart.
Komt voor in: Ontstaan in het zuidoosten van Engeland.
Eigenschappen: Is vreselijk fel tegenover dreuzels.
Voedsel: Van kabouters tot oude autobanden.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Pluizig en zwart met een lange snuit.
Komt voor in: Uitsluitend in Groot-Britannië.
Eigenschappen: Heeft een voorkeur voor alles wat glittert en wordt daarom gebruikt bij schatzoeken.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Heeft iets weg van een elegante aap, met grote, weemoedige ogen. Het lichaam is helemaal bedekt met lang, fijn, zijdeglad, zilver haar.
Komt voor in: Verre Oosten.
Eigenschappen: Kan zich onzichtbaar maken.
Voedsel: Planten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Dikke loopvogel met pluizige veren.
Komt voor in: Het eiland Mauritius.
Eigenschappen: Kan aan gevaar ontsnappen door in een wolkje van veren te verdwijnen om ergens anders weer op te duiken.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Als hij stil ligt lijkt hij op een stuk hout maar bij nadere bestudering vallen de gevinde poten en scherpe tanden op.
Komt voor in: Moerassen in Europa en Amerika.
Eigenschappen: Als hij stilligt lijkt hij op een stuk hout.
Voedsel: Kleine zoogdieren en enkels van wandelaars.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lichaam van een piepklein mensje, helemaal zwart behaard, voorzien van twee extra armen en benen en de vleugels zijn dik, glanzend en gebogen.
Komt voor in: Overal in de noordelijkste streken van Amerika en Europa.
Eigenschappen: Geen.
Voedsel: Onbekend.
Hieronder kun je de 10 rasechte drakensoorten vinden. Alle draken delen sommige eigenschappen: Huid, bloed, hart, lever en hoorns hebben allemaal namelijk magische eigenschappen.
Antipodische Opaaloog
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Misschien wel een van de mooiste draken met iriserende, parelachtige schubben en de glinsterende, veelkleurige pupilloze ogen, waar hij zijn naam aan te danken heeft.
Komt voor in: Nieuw-Zeeland en Australië.
Eigenschappen: Spuuwt een buitengewoon helder, fel vuur.
Voedsel: Schapen maar kangoeroes vinden ze ook goed.Chinese Zenger (Leeuwendraak)
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Bedekt met gladde, vuurrode schubben, heeft een baard van gouden stekels rond zijn stompe snuit en uitpuilende ogen.
Komt voor in: Verre Oosten.
Eigenschappen: Heeft een paddestoelvormige vuurbal die hij uit zijn neus spuit wanneer hij kwaad is.
Voedsel: Meeste zoogdieren maar de voorkeur gaat uit naar varkens en mensen.Gewone Groene Huisdraak
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Groen van kleur.
Komt voor in: De Bergtoppen van Wales.
Eigenschappen: Vuurspuwen gebeurt in dunne stralen en deze draak heeft een herkenbare brul.
Voedsel: Voorkeur aan schapen.Hebridische Zwartkop (Schotse Zwartkop)
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Kan tien meter lang worden, heeft ruwe schubben, felpaarse ogen en een rij korte maar vlijmscherpe ribbels op de rug. De staart eindigt in een pijlvormige punt en hij heeft vleermuisachtige vleugels.
Komt voor in: Groot-Brittanië.
Eigenschappen: Agressiever dan de gewone draken.
Voedsel: Herten, koeien of grote honden.Hongaarse Hoornstaart
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Heeft zwarte schubben en is reptielachtig van uiterlijk. Hij heeft gele ogen, bronskleurige hoorns en eveneens bronskleurige punten aan het uiteinde van zijn lange staart.
Komt voor in: Hongarije.
Eigenschappen: Groot bereik met vuurspuwen, gevaarlijkste der draken.
Voedsel: Geiten, schapen en mensen.Noorse Bultrug
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Lijkt op Hongaarse Hoornstaart, maar heeft opvallende, gitzwarte knobbels op de rug en geen stekels aan de staart.
Komt voor in: Noorwegen.
Eigenschappen: Bijzonder agressief tegenover zijn soortgenoten en daardoor zeldzaam.
Voedsel: Grote landzoogdieren.Oekrainse IJzerbuik
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Allergrootste drakensoort. De schubben zijn metaalachtig grijs, de ogen donkerrood en de klauwen uitzonderlijk lang en venijnig.
Komt voor in: Oekraïne.
Eigenschappen: Grootste der draken en kan woningen waarop hij landt compleet vermorzelen.
Voedsel: Onbekend, zal iets met vlees zijn.Peruaanse Addertand
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: De kleinste der draken, wordt een meter of vijf, heeft gladde, koperkleurige schubben en zwarte rugknobbels. De hoorns zijn kort en de tanden uitzonderlijk giftig.
Komt voor in: Peru.
Eigenschappen: Kleinste en snelst vliegende drakensoort.
Voedsel: MensenRoemeense Langhoorn
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Heeft donkergroene schubben en lange, glinsterende gouden hoorns.
Komt voor in: Roemenië.
Eigenschappen: Spietst zijn prooi alvorens hem te roosteren.
Voedsel: Onbekend, zal iets met vlees zijn.Zweedse Stompsnuit
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Aantrekkelijke, zilverblauwe draak.
Komt voor in: De woeste en onbewoonde berggebieden in Zweden.
Eigenschappen: Het vuur dat hij spuwt is blauw.
Voedsel: Vlees, ook mensen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: In volwassen vorm lijkt het op een zuiver-wit gehoornd paard, hoewel de veulens bij hun geboorte goudkleurig zijn en hun vacht eerst zilver en later pas wit wordt.
Komt voor in: De bossen van Noord-Europa.
Eigenschappen: De hoorn, het bloed en het haar hebben buitengewone sterke magische eigenschappen.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk gras.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Groter dan een kabouter (+/- 90 cm), met een spits gezicht en een hoog, kakelend lachje.
Komt voor in: Duitse Zwarte Woud.
Eigenschappen: Heeft een kakelende lach en met deze lach lokt hij kinderen die hij dan opeet.
Voedsel: Kleine kinderen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een groot grijs, Afrikaans beest met een enorme kracht. De Erumpent heeft een dikke huid, een grot, scherpe hoorn op zijn neus en een touwachtige staart.
Komt voor in: Afrika.
Eigenschappen: Valt alleen aan, als hij getreiterd wordt, met de hoorn die een giftig vloeistof bevat.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Zo'n drie tot dertien centimeter. Hoofd, lichaam en ledematen zijn mensachtig maar de fee bezit grote, insectachtige vleugels die transparant of veelkleurig zijn.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Een zwak toverkracht, geringe intelligentie, ruzieachtig van aard en maar tevens ijdel en wordt volgzaam wanneer iemand haar vraagt als decoratie te dienen.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een schitterende, scharlakenrode vogel, zo groot als een zwaan, met een lange gouden staart, snavel en poten.
Komt voor in: De bergtoppen van Egypte, India en China.
Eigenschappen: De feniks z'n tranen hebben helende krachten en hij kan verdwijnen en ergens anders op hetzelfde moment verschijnen. Het lied van de feniks is magisch dat de mensen met een zuiver hart moed geeft. Ook de veren worden gebruikt als kern in toverstokken.
Voedsel: Uitsluitend kruiden.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: X
Uiterlijk: Dikke bruine worm van +/- 25 centimeter.
Komt voor in: Vochtige greppels wereldwijd.
Eigenschappen: Hun slijm wordt soms gebruikt om toverdranken dikker te maken.
Voedsel: Tevreden met elk soort groen voer, bijvoorbeeld sla.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Afrikaanse vogel met een buitengewoon kleurrijk verenkleed, van oranje, roze, felgroen of geel.
Komt voor in: Afrika.
Eigenschappen: Haar lied drijft een duistere tovenaar tot waanzin, de veren worden gebruikt om te schrijven en zijn erg decoratief.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Groot, grijsachtig paars, met een bult op zijn rug, twee bijzonder lange en scherpe hoorns, loopt op grote voeten met vier duimen en is uiterst agressief.
Komt voor in: Europese hoogland.
Eigenschappen: Laat niet graag trollen op zich rijden en de gemalen hoorn van de graphorn wordt voor toverdranken gebruikt.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Heeft iets weg van de Wildeman, met vooruitstekende tanden.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Smijt af en toe met voorwerpen.
Voedsel: Spinnen en motten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Heeft de voorpoten de kop van een reusachtige adelaar, maar het lijf en de achterpoten van een leeuw.
Komt voor in: Griekenland.
Eigenschappen: Wordt gebruikt om schatten te bewaken.
Voedsel: Rauw vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Kop en voorbenen van een paard, maar de staart en het achterlijf van een reusachtige vis.
Komt voor in: Griekenland.
Eigenschappen: Geen bekend.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: De kop en voorpoten van een adelaar en het achterlijf van een paard.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Kan vliegen, en is erg hoffelijk.
Voedsel: Insecten, vogels en kleine zoogdieren.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: X
Uiterlijk: Lijkt op een vleesachtige, roze paddestoel die schaars begroeid is met stugge zwarte haren.
Komt voor in: Vanuit Scandinavië heeft hij zich door heel Noord-Europa verspreid.
Eigenschappen: Kan zich razendsnel vermenigvuldigen.
Voedsel: Regenwormen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Zo'n 15 centimeter groot, en groen van kleur.
Komt voor in: Ierland.
Eigenschappen: Ze kunnen praten en een goude stof produceren die na een uur verdwijnt.
Voedsel: Bladeren.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt op een uit zijn krachten gegroeide fret maar het dier kan praten.
Komt voor in: Groot-Brittannië, Ierland en Noord-Amerika.
Eigenschappen: Kan praten maar houdt het meestal op beledigende zinnen, omdat een gesprek hem te boven gaat.
Voedsel: Kabouters, mollen, ratten en veldmuizen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Piepklein blauw gespikkeld vogeltje.
Komt voor in: Noord-Europa en Noord-Amerika.
Eigenschappen: Maakt nooit geluid totdat hij dood gaat, dan maakt hij alle geluiden die hij ooit gehoord heeft achterstevoren.
Voedsel: Insecten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Wordt zo'n 30 centimeter lang, heeft een groot hoofd en eeltige, harde voeten.
Komt voor in: Noordelijke delen van Europa en Amerika.
Eigenschappen: Geen, ze zijn plagen in tuinen.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Lijkt op een aap maar heeft schubben in plaats van haar. Hij heeft een holte in de kruin van zijn hoofd gevuld met water waar hij zijn kracht aan ontleent.
Komt voor in: Japan.
Eigenschappen: Heeft een holte in zijn hoofd met water, dit water staat voor zijn kracht.
Voedsel: Mensenbloed of een komkommer met de naam van zijn tegenstander erin gekerfd.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Kan verschillende vormen aannemen maar verschijnt meestal in de vorm van een paard met biezen in plaats van manen.
Komt voor in: Groot-Brittanië en Ierland.
Eigenschappen: Kan verschillende vormen aannemen.
Voedsel: Mensen zonder ingewanden.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Felblauw, wordt zo'n 20 centimeter lang.
Komt voor in: Engelse Cornwall.
Eigenschappen: Verzot op narigheid uithalen.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt precies op een egel.
Komt voor in: Noord Europa en Noord Amerika.
Eigenschappen: Lijkt op egel, maar wordt agressief als iemand hem eten voorschotelt en verbouwt dan een tuin.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Grijs, behaard, vliegend insect.
Komt voor in: Noord-Europa.
Eigenschappen: Produceert een vloeistof die tegengif is voor andere stoffen.
Voedsel: Brandnetels
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Kleine parasieten, die ongeveer 1/10 centimeter groot zijn en dan het meest lijken op krabben met grote kaken.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Worden door toverkracht aangetrokken.
Voedsel: Alles.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: De kwistel is klein en katachtig, met een gevlekte, gespikkelde of gestipte vacht, uitzonderlijk
Komt voor in: Ontstaan in Groot-Brittanië maar tegenwoordig wereldwijd.
Eigenschappen: Lijken op katten en kunnen verdwaalde eigenaren veilig terug naar huis brengen wanneer deze verdwaald zijn.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijkt op een krab, is donkergrijs met lichtgroene vlekken en wordt zo'n 30 centimeter lang.
Komt voor in: Rotskusten van Europa.
Eigenschappen: Na een beet van dit fabeldier zal iemand een week pech hebben.
Voedsel: Kleine schaaldieren.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Is zo'n 25 centimeter lang en bestaat uit een rubberachtige buis en een gifzak.
Komt voor op: De bodem voor de Noordzee.
Eigenschappen: Bespuit zijn aanvaller met gif, het gif wordt ook in toverdranken gebruikt.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Het lichaam is glad en lichtgrijs, boven op de kop bevinden zich twee ronde puilogen en de vier dunne, slungelige poten eindigen in enorme platvoeten.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Bij volle maan gaan zij in velden dansen, waardoor graancirkels ontstaan, men denkt dat dit gebeurt voor de paring.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Heeft het hoofd van een mens, het lichaam van een leeuw en de staart van een schorpioen.
Komt voor in: Griekenland.
Eigenschappen: De steek van zijn angel is dodelijk en hij geniet van het eten van zijn prooi.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Bovenlichaam van een mens, van onderen een vin.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Houden van muziek, en ze zijn erg mysterieus.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Zilvergroene hagedis die tot 25 centimeter lang kan worden.
Komt voor in: Groot-Brittanië en Ierland.
Eigenschappen: Kan zich naar believen laten krimpen.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een ratachtig wezen met een uitstulping op zijn rug die op een zeeanemoon lijkt.
Komt voor in: Kustgebieden.
Eigenschappen: Wanneer ze opgegeten worden bevorderen ze de weerstand tegen vervloekingen en beheksingen.
Voedsel: Schaaldieren en menselijke voeten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Een gigantisch luipaard, dat zich ondanks zijn afmetingen geruisloos voortbeweegt.
Komt voor in: Oost-Afrika.
Eigenschappen: Zijn adem veroorzaakt ziektes.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een demon, lijkt op een onvolgroeid varkentje, met lange poten, een korte, stompe staart en smalle zwarte ogen.
Komt voor in: Overal in Europa en Amerika op het platteland.
Eigenschappen: Gaat bij een boerderij tussen andere dieren zitten en hoe langer hij daar blijft hoe meer pech de boer zal krijgen. Dit fabeldier kan verdreven worden door een zuivere witte hond.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk hetzelfde als varkens.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een gepluimd, tweebenig, gevleugeld wezen met een slangachtig lichaam.
Komt voor in: Verre Oosten en India.
Eigenschappen: Erg agressief.
Voedsel: Ratten, vogels en apen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een bolronde, gevlekte vis, wordt gekenmerkt door twee lange poten die eindigen in voeten met zwemvliezen.
Komt voor in: Diepe meren.
Eigenschappen: Niet buitengewoon gevaarlijk.
Voedsel: Waterslakken.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een demon die maximaal 30 cm lang wordt, heeft een harig lichaam en een glad, grijs, buitensporig groot hoofd.
Komt voor in: Rusland.
Eigenschappen: Ze vinden het leuk om mensen te volgen en wanneer mensen achter zich kijken zich intrekken en het uiterlijk van een zwarte kei krijgen. Zijn tegenstander geeft hij een gevoel van vertwijfeling en apathie waarna deze in elkaar stort en dan verslonden wordt.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Ruige vacht, een grote bos stug haar op zijn kop en een uitzonderlijk grote neus, de poten eindigen in gespleten hoeven en de kleine armen in vier stompe vingers.
Komt voor in: Engelse Dorset en het zuiden van Ierland.
Eigenschappen: Wijdt zijn leven aan het beschermen van paarden.
Voedsel: Gras.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Rond van vorm en met een zachte, vanillevlakleurige vacht.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Kan als huisdier gehouden worden.
Voedsel: Van alles, maar het liefst snottebellen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Gedrongen lichaam, wordt bedekt met door een dikke, roodbruine vacht, net als de vijf poten die allemaal eindigen in een klompvoet.
Komt voor in: Het eiland Horrel.
Eigenschappen: De kans bestaat dat dit vroeger tovenaars waren.
Voedsel: Mensenvlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Zilveren vis.
Komt voor in: Indische oceaan.
Eigenschappen: Bezit magische krachten, kan schepen voor anker leggen en waakt over de zeelui.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Reuzenos.
Komt voor in: Wildernis van Noord-Amerika en Verre Oosten.
Eigenschappen: Het bloed bezit een magische kracht waardoor de drinker bovenmenselijke kracht krijgt.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Lijken op dwergen.
Komt voor in: In kuilen op oude slachtvelden.
Eigenschappen: Ze proberen wandelaars 's avonds dood te slaan.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een slang met drie koppen.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit het Afrikaanse land Burkina Faso.
Eigenschappen: De drie koppen bezitten allemaal een ander doel, soms zie je een Runespoor die een hoofd mist.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Kleine hagedis, meestal wit maar kan ook scharlakenrood zijn.
Komt voor in: Vuur.
Eigenschappen: Ze bestaan zolang als het vuur waarin ze uit zijn voortgekomen bestaat.
Voedsel: Vuur en rode pepers.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een vis geheel overdekt met scherpe stekels.
Komt voor in: Atlantische oceaan.
Eigenschappen: Ze beschermen vissen door netten van vissers kapot te maken.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Heeft het lichaam van een leeuw en het hoofd van een mens.
Komt voor in: Egypte.
Eigenschappen: Bewaakt schatten, en is verzot op puzzels en raadsels.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een goud, bolrond vogeltje; heeft een bijzonder lange, dunne snavel en fonkelende, robijnrode ogen.
Komt voor in: Wereldwijd.
Eigenschappen: Werd door zijn gouden veren gebruikt in het spel zwerkbal voor de komst van de gouden snaai.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk insecten.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Lijkt op een zwarte mantel van ongeveer een centimeter dik.
Komt voor in: Tropische landen.
Eigenschappen: Wanneer dit fabeldier iemand wil opeten laat hij niets van zijn slachtoffer over.
Voedsel: Mensen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Reuzenslak.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Afrika maar is ook succesvol gefokt in Europa, Azië en Amerika.
Eigenschappen: Verandert ieder uur van kleur, produceert ook dodelijk gif voor Horklumps.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Een asgrauw wrattenzwijn.
Komt voor in: Congo en Zaire.
Eigenschappen: Kan zichzelf onzichtbaar maken.
Voedsel: Onbekend, waarschijnlijk vlees.
Zie de drie soorten hier onder.
De bergtrol
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Kaal met een bleekgrijze huid.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Scandinavië, maar worden ook aangetroffen in Groot-Brittanië, Ierland en andere delen van Noord Europa.
Eigenschappen: Het grootste en agressiefst. Grote kracht en stupiditeit. Als een trol over een beetje intelligentie beschikt kan hij worden ingezet om dingen te beveiligen.
Voedsel: Rauw vlees.De riviertrol
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Heeft korte hoorns en soms haar met een paarsachtige huid.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Scandinavië, maar worden ook aangetroffen in Groot-Brittanië, Ierland en andere delen van Noord Europa. Vaak onder bruggen.
Eigenschappen: Grote kracht en stupiditeit. Als een trol over een beetje intelligentie beschikt kan hij worden ingezet om dingen te beveiligen.
Voedsel: Rauw vlees.De woudtrol
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Lichtgroene huidskleur en sommigen hebben bruin of groen haar.
Komt voor in: Oorspronkelijk uit Scandinavië, maar worden ook aangetroffen in Groot-Brittanië, Ierland en andere delen van Noord Europa.
Eigenschappen: Grote kracht en stupiditeit. Als een trol over een beetje intelligentie beschikt kan hij worden ingezet om dingen te beveiligen.
Voedsel: Rauw vlees.
Er zijn verschillende soorten vliegende paarden, zie hieronder.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX-XXXX
Abraxas
Uiterlijk: Onbekend.
Komt voor in: Onbekend.
Eigenschappen: Ongelooflijk sterk.
Voedsel: Onbekend.Aethoniër
Uiterlijk: Grootste der vliegende paarden.
Komt voor in: Engeland en Ierland.
Eigenschappen: Groot.
Voedsel: Onbekend.Granische Grijze
Uiterlijk: Lijkt op een schimmel.
Komt voor in: Onbekend.
Eigenschappen: Onbekend.
Voedsel: Onbekend.Thestralis (Terzieler)
Uiterlijk: Zwart.
Komt voor in: Onbekend, wel zeker is dat ze in Schotland voorkomen.
Eigenschappen: Is onzichtbaar voor mensen die nog nooit iemand hebben zien sterven.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Een grote schildpad en zijn schild zit vol edelstenen.
Komt voor in: Fiji.
Eigenschappen: Heeft een schild vol edelstenen en verdedigt zich door vlammen uit zijn achterste te schieten.
Voedsel: Onbekend.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXXX
Uiterlijk: Menselijke wolf.
Komt voor in: Wereldwijd, oorspronkelijk uit Noord-Europa.
Eigenschappen: Is gewoon een mens dat met volle maan in een weerwolf verandert.
Voedsel: Mensen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XX
Uiterlijk: Lichtgroene, gehoornde waterduivel met lange vingers die makkelijk te breken zijn.
Komt voor in: Engeland en Ierland.
Eigenschappen: Agressief.
Voedsel: Kleine vissen.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXXX
Uiterlijk: Kan 5 meter lang worden en is helemaal bedekt met wit haar.
Komt voor in: Tibet.
Eigenschappen: Is bang voor vuur.
Voedsel: Alles wat voor zijn voeten komt.
Classificatie Ministerie van Toverkunst: XXX
Uiterlijk: Ruim 30 meter lang, heeft een paardachtige kop en een lang, slangvormig lichaam.
Komt voor in: Atlantische en Stille Oceaan en in de Middelandse Zee.
Eigenschappen: Zijn lichaam komt met lussen uit het water.
Voedsel: Onbekend, geen mensen.