Frodo kon er maar niet bij. Hij kende deze vent ergens van. Had hij hem eerder opgepakt? Was het één van die Zwadderaars waarmee hij constant ruzie had op Zweinstein? Misschien een ex van één zijn zus? Dat kon hij inmiddels toch niet meer bijhouden. Mylah viel op behoorlijk foute mannen en Alicia was haar aan het achtervolgen met die bizarre relatie die ze met dat joch van een Jones had. Zijn ouders hadden een handeltje in de Verdonkerde Maansteeg en zijn collega’s hielden het goed in de gaten. Hij wilde niet de bemoeizuchtige grote broer uithangen, maar een groot fan van het idee dat dat misschien zijn schoonbroer zou kunnen worden beviel hem allerminst.
Hoe dan ook, feit was dat de ogen van deze vent hem ergens bekend voorkwamen… maar waar vandaan, dat zou hij niet weten…
De naam Isaac Holloway zei hem in ieder geval niets. Hij keek Gideon even aan. Misschien dat er een teken van herkenning te zien zou zijn bij hem, maar hij kon dat niet uit zijn gezichtsuitdrukking halen.
Hoe dan ook, de zelfvoldane indruk van de crimineel leek van sneeuw in de zon voor zijn ogen te veranderen; misschien had hij de bedreigingen niet geloofd, maar nu hij na enkele minuut nog steeds onder schot van twee Schouwers stond was hij misschien van gedachten veranderd. Misschien had hij gedacht dat één van zijn Dooddoener-vriendjes hem zou komen redden, maar dat feest ging blijkbaar niet door.
“Leuk geprobeerd,” zei Frodo grimmig toen de Holloway hen zei dat het een val was. “Natuurlijk is dit een val. Het is een Vonx-landhuis, wat had het anders kunnen zijn? We zijn daarop voorbereid,” zei Frodo met meer moed dan hij eigenlijk voelde. Toch wilde hij geen watje lijken tegenover zijn partner, die zich eerder geërgerd had aan het feit dat Frodo zich terug had willen trekken en om versterking had willen vragen. Nee, hij wilde ook bewijzen dat hij een capabele Schouwer was en ondanks het feit dat ze sterk in de minderheid waren, deze missie succesvol volbrengen en de Snul in de kelder te kunnen redden.
Hij leunde wat naar voren. “Mijn collega daar heeft het al heel netjes gevraagd, Holloway, of hoe je ook mag heten. Heb je hem niet gehoord? Waar. Is. De. Kelder? Als je dit niet vertelt, moeten we je verder gaan verhoren op het Ministerie, maar dat kost en jou veel tijd – dus als je even meewerkt, dan zijn we allemaal winnaars in deze situatie.”
Hij stond op en liet de man er even over nadenken en ging bij Gideon staan. “Dit helpt niet. Deze neo is behoorlijk fanatiek. We moeten met scherper geschut komen. Wat is onze volgende stap? Zijn familie bedreigen? Als hij die heeft? Heb jij Veritaserum bij je?” Hij aarzelde. "En wat als het echt een val blijkt te zijn?"
Hoe dan ook, feit was dat de ogen van deze vent hem ergens bekend voorkwamen… maar waar vandaan, dat zou hij niet weten…
De naam Isaac Holloway zei hem in ieder geval niets. Hij keek Gideon even aan. Misschien dat er een teken van herkenning te zien zou zijn bij hem, maar hij kon dat niet uit zijn gezichtsuitdrukking halen.
Hoe dan ook, de zelfvoldane indruk van de crimineel leek van sneeuw in de zon voor zijn ogen te veranderen; misschien had hij de bedreigingen niet geloofd, maar nu hij na enkele minuut nog steeds onder schot van twee Schouwers stond was hij misschien van gedachten veranderd. Misschien had hij gedacht dat één van zijn Dooddoener-vriendjes hem zou komen redden, maar dat feest ging blijkbaar niet door.
“Leuk geprobeerd,” zei Frodo grimmig toen de Holloway hen zei dat het een val was. “Natuurlijk is dit een val. Het is een Vonx-landhuis, wat had het anders kunnen zijn? We zijn daarop voorbereid,” zei Frodo met meer moed dan hij eigenlijk voelde. Toch wilde hij geen watje lijken tegenover zijn partner, die zich eerder geërgerd had aan het feit dat Frodo zich terug had willen trekken en om versterking had willen vragen. Nee, hij wilde ook bewijzen dat hij een capabele Schouwer was en ondanks het feit dat ze sterk in de minderheid waren, deze missie succesvol volbrengen en de Snul in de kelder te kunnen redden.
Hij leunde wat naar voren. “Mijn collega daar heeft het al heel netjes gevraagd, Holloway, of hoe je ook mag heten. Heb je hem niet gehoord? Waar. Is. De. Kelder? Als je dit niet vertelt, moeten we je verder gaan verhoren op het Ministerie, maar dat kost en jou veel tijd – dus als je even meewerkt, dan zijn we allemaal winnaars in deze situatie.”
Hij stond op en liet de man er even over nadenken en ging bij Gideon staan. “Dit helpt niet. Deze neo is behoorlijk fanatiek. We moeten met scherper geschut komen. Wat is onze volgende stap? Zijn familie bedreigen? Als hij die heeft? Heb jij Veritaserum bij je?” Hij aarzelde. "En wat als het echt een val blijkt te zijn?"