17/08/2020, 20:30
Joshua was - alweer - best wel in de war. Hij wist bijvoorbeeld totaal niet welke dag het vandaag was, wat het huiswerk voor morgen was, hoe laat het was, en hoeveel druppels Helleborussiroop er ook alweer in Flegmaflip moesten. Maar hij was absoluut niet chagrijnig! In tegenstelling tot al het andere was hij de songtekst van ‘Happy’ niet vergeten en dus huppelde hij de leerlingenkamer zingend uit. Op naar de keukens, want eh… ja waarom eigenlijk?
Totdat iemand ‘Hé!’ riep, want hoewel dat zijn voornaam niet was, voelde hij zich toch aangesproken, omdat het om te helpen was, en doorgaans was hij de behulpzaamheid zelve.
“Hoi Noah en hoi Emilien!” Namen wist hij gelukkig nog wel. “Wat doen jullie hier?”
Echter: voordat ze antwoord konden geven op zijn vraag, kreeg hij al een prachtige ingeving. Het had iets met chocola… kikkers… springen, nee, eten, nee… totdat hij gokte: “Chocokikkerplaatjes? Ik spaar ze niet, hoor, al vind ik ze wel leuk. Meestal geef ik ze weg want dan ben ik heel blij dat ik er iemand gelukkig mee maak. Snap je?”
Vast niet, maar het weggeven van zaken zat er diep bij hem ingebakken, ook al vond iedereen hem een halfgare hippie.
“Maar eh… komen jullie daarvoor helemaal vanuit de Ravenklauwtoren naar de Leerlingenkamer van Huffelpuf? Wat gezellig!”
Hoewel, nouja, Emilien was echt een lange, lange tijd boos op hem geweest vanwege zijn romance met haar beste vriendin. Misschien nog steeds, hoewel haar aura, voor zover Joshua die waar kon nemen, niet groen was zoals bij kwade emoties. Hoe dan ook zou ze er vast niet zijn voor de gezelligheid. Joshua herstelde zich een beetje en richtte zich dan maar iets meer tot Noah dan tot Emilien.
“Waar kan ik mee helpen?” vroeg hij nieuwsgierig. Hij wist echter zeker dat het om Chocokikkerplaatjes ging. Heel zeker.
Totdat iemand ‘Hé!’ riep, want hoewel dat zijn voornaam niet was, voelde hij zich toch aangesproken, omdat het om te helpen was, en doorgaans was hij de behulpzaamheid zelve.
“Hoi Noah en hoi Emilien!” Namen wist hij gelukkig nog wel. “Wat doen jullie hier?”
Echter: voordat ze antwoord konden geven op zijn vraag, kreeg hij al een prachtige ingeving. Het had iets met chocola… kikkers… springen, nee, eten, nee… totdat hij gokte: “Chocokikkerplaatjes? Ik spaar ze niet, hoor, al vind ik ze wel leuk. Meestal geef ik ze weg want dan ben ik heel blij dat ik er iemand gelukkig mee maak. Snap je?”
Vast niet, maar het weggeven van zaken zat er diep bij hem ingebakken, ook al vond iedereen hem een halfgare hippie.
“Maar eh… komen jullie daarvoor helemaal vanuit de Ravenklauwtoren naar de Leerlingenkamer van Huffelpuf? Wat gezellig!”
Hoewel, nouja, Emilien was echt een lange, lange tijd boos op hem geweest vanwege zijn romance met haar beste vriendin. Misschien nog steeds, hoewel haar aura, voor zover Joshua die waar kon nemen, niet groen was zoals bij kwade emoties. Hoe dan ook zou ze er vast niet zijn voor de gezelligheid. Joshua herstelde zich een beetje en richtte zich dan maar iets meer tot Noah dan tot Emilien.
“Waar kan ik mee helpen?” vroeg hij nieuwsgierig. Hij wist echter zeker dat het om Chocokikkerplaatjes ging. Heel zeker.