13/08/2020, 19:55
Reputatie? Tja, welke man viel er nou niet op mooie vrouwen?
“Ik ben nog nooit een man tegengekomen die tegen me zei dat hij op Trollen viel,” grapte ze, maar had ondertussen wel een beetje het beeld gekregen van een Heler die met allerlei Hospiheksen stiekeme dingen deed tussen de gordijntjes van patiëntloze bedden.
Gek genoeg bleef ze even in die gedachte hangen; het intrigeerde haar en ze vroeg zichzelf af wat zij zou vinden van wat men een avontuurtje noemde. Ze was nu zevenentwintig, de leeftijd waarop veel van haar oude schoolvriendinnen gingen trouwen en aan het stichten van een gezin dachten. Was ze haar wilde haren kwijtgeraakt aan haar ex? Of was nu definitief de tijd doorgebroken dat zij eens goed rondkeek op de mannenmarkt?
Het waren nogal veel gedachten voordat Tariq haar terugbracht naar de realiteit door te zeggen dat er heus wel ruimte was voor een serieuze relatie in zijn hart, hoofd en werkschema.
Oh. Eventjes was Jo-Ann als flapuit geneigd te vragen of ze op zijn huwelijkskandidatenlijst mocht, maar Tariqs donkere ogen hielden haar tegen. Tariq zelf niet; tegen hem kon iedereen alles zeggen, tenminste, dat gevoel had ze. Misschien was het dan toch haar eigen mislukte relatie in combinatie met die donkere kijkers die haar op veel momenten aanstaarden.
Uiteindelijk zei ze rustig en welgemeend: “Ik hoop dat je haar snel vindt.” Pas toen ze haar eigen woorden hoorde, kon ze wel door de grond zakken. Waarom sloot ze een deur die op een kier had kunnen blijven staan?
Ze voelde hoe haar wangen gloeiden nu ze iets volledig verkeerds had gezegd en wilde op de één of andere manier uitleg geven, maar dat was ook weer stom om te doen, want bij een Heler als Tariq zou menig patiënte vragen of hij haar nader wilde onderzoeken. Ze nam een slokje thee en besloot eerst maar eens antwoord te geven op zijn vragen.
“Het was een lange relatie. Zeven jaar en vier maanden.” Ze was misschien gewoon niet het type voor losse scharrels. Ze keek hem even aan om te peilen wat hij daarvan vond. “Hij was ouder dan ik, en ik was… blind.” Ze haalde haar schouders op, maar verweet zichzelf dat ze niet eerder had gezien dat William geen goede partner voor haar was. Ze sprak verder: “We werkten samen, dus we zagen elkaar zo’n beetje dag en nacht, en achteraf was dat misschien ook wel te veel.”
En het deed nog steeds zeer; niet omdat ze nog van haar ex hield, maar omdat hij haar zo belazerd had dat ze hem voor de Wikenweegschaar had gedaagd. Of ze in details wilde treden, nu, hier in de Helvetia, betwijfelde ze. Misschien wel, als hij ernaar zou vragen. Iemand die luisterde was sowieso wel fijn.
Hoewel het vreemd was tegelijkertijd, want ze had hem jaren niet gezien en vroeger op Zweinstein waren ze slechts vage bekenden van elkaar geweest.
“Sorry,” verontschuldigde ze zich dan ook. “Ik sprak je niet aan om binnen vijf minuten mijn hele levensverhaal op tafel te leggen, hoor! Ik hoop dat je het niet erg vind; we kunnen ook over leukere dingen praten zoals eh… toen je pakweg een jaar of acht-negen was, waar woonde je toen?”
Hij hoefde geen antwoord te geven als hij niet wilde, toch? Ze was wel geneigd om per direct een daiquiri te bestellen.
“Ik ben nog nooit een man tegengekomen die tegen me zei dat hij op Trollen viel,” grapte ze, maar had ondertussen wel een beetje het beeld gekregen van een Heler die met allerlei Hospiheksen stiekeme dingen deed tussen de gordijntjes van patiëntloze bedden.
Gek genoeg bleef ze even in die gedachte hangen; het intrigeerde haar en ze vroeg zichzelf af wat zij zou vinden van wat men een avontuurtje noemde. Ze was nu zevenentwintig, de leeftijd waarop veel van haar oude schoolvriendinnen gingen trouwen en aan het stichten van een gezin dachten. Was ze haar wilde haren kwijtgeraakt aan haar ex? Of was nu definitief de tijd doorgebroken dat zij eens goed rondkeek op de mannenmarkt?
Het waren nogal veel gedachten voordat Tariq haar terugbracht naar de realiteit door te zeggen dat er heus wel ruimte was voor een serieuze relatie in zijn hart, hoofd en werkschema.
Oh. Eventjes was Jo-Ann als flapuit geneigd te vragen of ze op zijn huwelijkskandidatenlijst mocht, maar Tariqs donkere ogen hielden haar tegen. Tariq zelf niet; tegen hem kon iedereen alles zeggen, tenminste, dat gevoel had ze. Misschien was het dan toch haar eigen mislukte relatie in combinatie met die donkere kijkers die haar op veel momenten aanstaarden.
Uiteindelijk zei ze rustig en welgemeend: “Ik hoop dat je haar snel vindt.” Pas toen ze haar eigen woorden hoorde, kon ze wel door de grond zakken. Waarom sloot ze een deur die op een kier had kunnen blijven staan?
Ze voelde hoe haar wangen gloeiden nu ze iets volledig verkeerds had gezegd en wilde op de één of andere manier uitleg geven, maar dat was ook weer stom om te doen, want bij een Heler als Tariq zou menig patiënte vragen of hij haar nader wilde onderzoeken. Ze nam een slokje thee en besloot eerst maar eens antwoord te geven op zijn vragen.
“Het was een lange relatie. Zeven jaar en vier maanden.” Ze was misschien gewoon niet het type voor losse scharrels. Ze keek hem even aan om te peilen wat hij daarvan vond. “Hij was ouder dan ik, en ik was… blind.” Ze haalde haar schouders op, maar verweet zichzelf dat ze niet eerder had gezien dat William geen goede partner voor haar was. Ze sprak verder: “We werkten samen, dus we zagen elkaar zo’n beetje dag en nacht, en achteraf was dat misschien ook wel te veel.”
En het deed nog steeds zeer; niet omdat ze nog van haar ex hield, maar omdat hij haar zo belazerd had dat ze hem voor de Wikenweegschaar had gedaagd. Of ze in details wilde treden, nu, hier in de Helvetia, betwijfelde ze. Misschien wel, als hij ernaar zou vragen. Iemand die luisterde was sowieso wel fijn.
Hoewel het vreemd was tegelijkertijd, want ze had hem jaren niet gezien en vroeger op Zweinstein waren ze slechts vage bekenden van elkaar geweest.
“Sorry,” verontschuldigde ze zich dan ook. “Ik sprak je niet aan om binnen vijf minuten mijn hele levensverhaal op tafel te leggen, hoor! Ik hoop dat je het niet erg vind; we kunnen ook over leukere dingen praten zoals eh… toen je pakweg een jaar of acht-negen was, waar woonde je toen?”
Hij hoefde geen antwoord te geven als hij niet wilde, toch? Ze was wel geneigd om per direct een daiquiri te bestellen.