08/08/2020, 10:16
(Dit bericht is het laatst bewerkt op 08/08/2020, 10:16 door AlessaJess.)
De Wegisweg was er vandaag vreemd aan toe, besloot Blue toen de derde persoon die dag al met zijn ogen neergeslagen in een bocht om haar heen liep. Het was ook zo vreemd rustig… Meestal moest je je op zo’n heerlijk zonnige dag door de mensenmassa’s heen wurmen. En er waren wel mensen, maar veel minder dan normaal. Alles leek nu zo… leeg. Ze ging haar mentale kalender na om te checken of ze een belangrijke dag was vergeten en besefte zich dat ze eigenlijk helemaal geen idee had in welke tijd ze leefde. Dat gebeurde wel vaker na een lange trip, maar meestal bedacht ze wel dat zoiets handig was om te checken voordat ze weer de deur uit ging. En anders hoorde ze de datum wel van Damien, die nooit teleurstelde in zijn vermogen om snel na haar thuiskomst een lijstje op te ratelen met alle dingen die hij nog moest doen voor school met corresponderende data en de hoeveelheid dagen dat dat nog weg was.
Dit keer had ze echter nauwelijks de tijd genomen om door haar brieven te gaan, voordat ze de opengeslagen krant op tafel had zien liggen, met die geweldige – en helaas zeer waarschijnlijk neppe – reclame.
In gedachten verzonken liep ze op de automatische piloot door de straten heen, terwijl de mensen om haar heen op grote afstand bleven.
De vreemde situatie hield haar aandacht vast zoals vrij weinig dat niet met Fabeldieren of muziek te maken had kon. Afgaande op wanneer ze weg was gegaan en hoe lang ze ongeveer weg was geweest kon ze in ieder geval een paar dingen afkruisen. Het was geen 31 juli, dus ze had niet ergens een groot feest gemist ter ere van De Man hemzelf… Het was ook niet de herdenking van de start van de tweede tovenaarsoorlog, want die had ze nog meegemaakt voor ze wegging…
Ze stond voor de deur die haar ondertussen bekend voorkwam, mede dankzij de belachelijke hoeveelheid keren dat Lila er heel casual naar had gewezen en deed hem open.
Voor zover ze wist waren de Zweinsteinbrieven ook al de deur uit, dus het was niet alsof iedereen vol spanning thuis zat te wachten met hun net 11-jaar geworden familie en vrienden. Maar wat dan wel?
Er leken geen andere mensen in de winkel te zijn en dat idee werd zo goed als bevestigd door het feit dat Trevor binnen enkele tellen na haar binnenstappen voor haar neus stond. Er veranderde iets in zijn uitdrukking toen hij haar zag staan en hoewel ze geen idee had welke emotie ze er doorheen zag flitsen in die seconde voor zijn gezicht weer mooi gladgestreken was, wist ze in ieder geval dat het niets vervelends zou zijn. Trevor en zij hadden elkaar al lang geleden leren accepteren en appreciëren, al mocht het even geduurd hebben voordat ze zover gekomen waren.
Niet een om over koetjes en kalfjes te praten – wat op zich geen probleem was, aangezien zij dat vaak genoeg voor beiden deed – vroeg hij haar gelijk naar haar lichtelijk teleurstellende reis naar Brazilië.
‘Tja,’ zei ze tegen een van de kastjes aanleunend, ‘Ze lieten me niet zonder gids gaan en blijkbaar kunnen sommige mensen toch niet zo goed tegen het gif van de Kwikkerflikbezel. Mijn babysitter moest na een stake-out van 5 dagen al weer terug omdat z’n hele lichaam begon op te zwellen. Nou wilde ik wel alleen blijven, maar het bleek nogal lastig om hem aan de grond te houden met al die anti-zwaartekrachtsappen, dus hij had iemand nodig om hem als een soort ballon mee te voeren.’ Ze dacht terug aan het beeld van de man en de foto’s die ze ervan had gemaakt om duidelijk te maken hoe voorzichtig je met fabeldieren om moest gaan. Ze hoopte dat ze die aan een paar tijdschriften kon verkopen, zodat mensen eens met wat meer respect zouden kijken naar fabeldieren – en dan vooral de kleinere variant.
‘Dus dat was een beetje balen, maar na deze deadline ben ik van plan om weer terug te gaan. Over een paar maanden zijn ze in broedseizoen, dus dan kan ik hopelijk wat meer foto’s krijgen.’
Ze viste het artikel uit haar kontzak en legde het op de toonbank neer, zodat hij ernaar kon kijken.
‘Hiermee,’ stelde ze op zijn vraag of hij haar ergens mee kon helpen, haar mouwen oprollend tegen de hitte van de zomer. Waarom had ze überhaupt lange mouwen aangetrokken? Ze ging zich gelijk omkleden wanneer ze weer thuis kwam.
‘Ze zeggen dat ze iets hebben gevonden om te helpen met dyslexie en teksten lezen. Maar dat soort zooi zeiden ze 4 jaar geleden ook al uitgevonden te hebben… kan jij me helpen checken of het klopt of niet? Ik zou niet weten waar ik anders moest beginnen.’
En het was waar. Ze mocht dan wel met liefde opgenomen zijn in de tovenaarswereld, goed begrijpen hoe alles werkte deed ze het nog steeds niet.
‘Oh, en Trevor?’ Ze leunde met haar handen op de toonbank, leunde naar hem toe en keek hem strak aan. ‘Zie ik er vreemd uit ofzo? Ik weet vrij zeker dat ik mijn pupillen weer gewoon rond en bruin heb getoverd voor ik terug kwam, maar iedereen lijkt me uit de weg te gaan vandaag…’
Dit keer had ze echter nauwelijks de tijd genomen om door haar brieven te gaan, voordat ze de opengeslagen krant op tafel had zien liggen, met die geweldige – en helaas zeer waarschijnlijk neppe – reclame.
In gedachten verzonken liep ze op de automatische piloot door de straten heen, terwijl de mensen om haar heen op grote afstand bleven.
De vreemde situatie hield haar aandacht vast zoals vrij weinig dat niet met Fabeldieren of muziek te maken had kon. Afgaande op wanneer ze weg was gegaan en hoe lang ze ongeveer weg was geweest kon ze in ieder geval een paar dingen afkruisen. Het was geen 31 juli, dus ze had niet ergens een groot feest gemist ter ere van De Man hemzelf… Het was ook niet de herdenking van de start van de tweede tovenaarsoorlog, want die had ze nog meegemaakt voor ze wegging…
Ze stond voor de deur die haar ondertussen bekend voorkwam, mede dankzij de belachelijke hoeveelheid keren dat Lila er heel casual naar had gewezen en deed hem open.
Voor zover ze wist waren de Zweinsteinbrieven ook al de deur uit, dus het was niet alsof iedereen vol spanning thuis zat te wachten met hun net 11-jaar geworden familie en vrienden. Maar wat dan wel?
Er leken geen andere mensen in de winkel te zijn en dat idee werd zo goed als bevestigd door het feit dat Trevor binnen enkele tellen na haar binnenstappen voor haar neus stond. Er veranderde iets in zijn uitdrukking toen hij haar zag staan en hoewel ze geen idee had welke emotie ze er doorheen zag flitsen in die seconde voor zijn gezicht weer mooi gladgestreken was, wist ze in ieder geval dat het niets vervelends zou zijn. Trevor en zij hadden elkaar al lang geleden leren accepteren en appreciëren, al mocht het even geduurd hebben voordat ze zover gekomen waren.
Niet een om over koetjes en kalfjes te praten – wat op zich geen probleem was, aangezien zij dat vaak genoeg voor beiden deed – vroeg hij haar gelijk naar haar lichtelijk teleurstellende reis naar Brazilië.
‘Tja,’ zei ze tegen een van de kastjes aanleunend, ‘Ze lieten me niet zonder gids gaan en blijkbaar kunnen sommige mensen toch niet zo goed tegen het gif van de Kwikkerflikbezel. Mijn babysitter moest na een stake-out van 5 dagen al weer terug omdat z’n hele lichaam begon op te zwellen. Nou wilde ik wel alleen blijven, maar het bleek nogal lastig om hem aan de grond te houden met al die anti-zwaartekrachtsappen, dus hij had iemand nodig om hem als een soort ballon mee te voeren.’ Ze dacht terug aan het beeld van de man en de foto’s die ze ervan had gemaakt om duidelijk te maken hoe voorzichtig je met fabeldieren om moest gaan. Ze hoopte dat ze die aan een paar tijdschriften kon verkopen, zodat mensen eens met wat meer respect zouden kijken naar fabeldieren – en dan vooral de kleinere variant.
‘Dus dat was een beetje balen, maar na deze deadline ben ik van plan om weer terug te gaan. Over een paar maanden zijn ze in broedseizoen, dus dan kan ik hopelijk wat meer foto’s krijgen.’
Ze viste het artikel uit haar kontzak en legde het op de toonbank neer, zodat hij ernaar kon kijken.
‘Hiermee,’ stelde ze op zijn vraag of hij haar ergens mee kon helpen, haar mouwen oprollend tegen de hitte van de zomer. Waarom had ze überhaupt lange mouwen aangetrokken? Ze ging zich gelijk omkleden wanneer ze weer thuis kwam.
‘Ze zeggen dat ze iets hebben gevonden om te helpen met dyslexie en teksten lezen. Maar dat soort zooi zeiden ze 4 jaar geleden ook al uitgevonden te hebben… kan jij me helpen checken of het klopt of niet? Ik zou niet weten waar ik anders moest beginnen.’
En het was waar. Ze mocht dan wel met liefde opgenomen zijn in de tovenaarswereld, goed begrijpen hoe alles werkte deed ze het nog steeds niet.
‘Oh, en Trevor?’ Ze leunde met haar handen op de toonbank, leunde naar hem toe en keek hem strak aan. ‘Zie ik er vreemd uit ofzo? Ik weet vrij zeker dat ik mijn pupillen weer gewoon rond en bruin heb getoverd voor ik terug kwam, maar iedereen lijkt me uit de weg te gaan vandaag…’