04/09/2024, 18:34
Valentine roert met zijn armen door het water, ogen zo groot als haar moeders favoriete gebaksschoteltjes en zijn mond licht open in pure verbazing wanneer ze boven komt zetten. Een logische reactie, maar niet een briljant idee als je net kopje-onder wordt geduwd door een golfslag. Een feit pijnlijk bewezen door de manier waarop hij even later proestend weer boven water verschijnt, natte haren als zeewier op zijn hoofd en een gechoqueerde uitdrukking op zijn gezicht. Aurora weet dat ze niet hoort te lachen, kan zich de opmerkingen van haar ouders al voorstellen — en toch barst er een kleine lach van haar lippen, meer adem dan geluid.
Alleen hij mag haar geliefde beestjes beledigen en niet op de bodem van dit meer verdwijnen — altijd nog een optie voor haar lieftallige nieuwe man als blijkt dat ze Ocura niet mee mag nemen, bedenkt ze zich met wat voelt als een wilde grijns op haar gezicht.
Ergens vraagt ze zich af of ze gek aan het worden is. Alle emoties die al weken door haar lichaam razen, alsof ze een Zoeker is die achter een magisch versnelde Snaai aanzit. Laat staan alle emoties die ze de afgelopen paar dagen heeft laten zien. Kan ze het nog rebellie noemen als haar moeder er niet is om het te zien? Of is stilzwijgend verzet juist een groter goed? Een optie voor jonge heksen zonder vrijheden en mogelijkheden.
Toch weet ze dat Valentine zich niet graag uit laat lachen en hoewel dat niet haar bedoeling was, kan ze het niet over haar hart verkrijgen om haar liefste vriend, haar enige vriend, te kwetsen. “Vergeef me. Ik was mezelf even niet. Alle opwinding stal mijn logisch denkvermogen, ben ik bang.”
Ze zoekt zijn gezicht af naar enige tekenen van ergernis of vergiffenis, waar het donkergroen van zijn ogen haar aandacht trekt. Als ze beter kijkt, ziet ze de bruine vlekjes verborgen in de rand van zijn iris, deels verborgen door een wilde lok bruin haar die tegen Valentine’s voorhoofd plakt en over zijn oog hangt. Haar ogen volgen de streng haar, waar een losse waterdruppel zich aan de punt verzamelt, langzaam opzwellend tot het zijn eigen gewicht niet meer kan houden en richting het meer valt. In een opwelling strijkt ze de lok aan de kant en achter zijn oor, waar haar vingers bevriezen wanneer ze doorheeft wat ze precies aan het doen is.
“Eh…”
Ze voelt haar wangen gloeien en trapt zichzelf snel een halve meter achteruit. Wanneer waren ze überhaupt zo dicht bij elkaar gekomen? Ze glimlacht — doet in ieder geval een poging daartoe — en wijst naar de kant van het water waar ze de bedienden eerder die ochtend had geboden een uitgebreide brunch uit te stallen.
“Zwemmen is een erg hongerige bezigheid. Kan ik je verleiden —“ Merlijns baard, wat een verschrikkelijke woordkeuze “tot een vers bakje fruitsalade, of een tonijnsandwich?”
Voor ze het laatste woord goed en wel uit haar mond heeft, voelt Aurora een scherpe druk om haar enkel. Ze heeft net de tijd om haar ogen groot te voelen worden voor ze onder wordt getrokken. De wereld alleen nog water.
Alleen hij mag haar geliefde beestjes beledigen en niet op de bodem van dit meer verdwijnen — altijd nog een optie voor haar lieftallige nieuwe man als blijkt dat ze Ocura niet mee mag nemen, bedenkt ze zich met wat voelt als een wilde grijns op haar gezicht.
Ergens vraagt ze zich af of ze gek aan het worden is. Alle emoties die al weken door haar lichaam razen, alsof ze een Zoeker is die achter een magisch versnelde Snaai aanzit. Laat staan alle emoties die ze de afgelopen paar dagen heeft laten zien. Kan ze het nog rebellie noemen als haar moeder er niet is om het te zien? Of is stilzwijgend verzet juist een groter goed? Een optie voor jonge heksen zonder vrijheden en mogelijkheden.
Toch weet ze dat Valentine zich niet graag uit laat lachen en hoewel dat niet haar bedoeling was, kan ze het niet over haar hart verkrijgen om haar liefste vriend, haar enige vriend, te kwetsen. “Vergeef me. Ik was mezelf even niet. Alle opwinding stal mijn logisch denkvermogen, ben ik bang.”
Ze zoekt zijn gezicht af naar enige tekenen van ergernis of vergiffenis, waar het donkergroen van zijn ogen haar aandacht trekt. Als ze beter kijkt, ziet ze de bruine vlekjes verborgen in de rand van zijn iris, deels verborgen door een wilde lok bruin haar die tegen Valentine’s voorhoofd plakt en over zijn oog hangt. Haar ogen volgen de streng haar, waar een losse waterdruppel zich aan de punt verzamelt, langzaam opzwellend tot het zijn eigen gewicht niet meer kan houden en richting het meer valt. In een opwelling strijkt ze de lok aan de kant en achter zijn oor, waar haar vingers bevriezen wanneer ze doorheeft wat ze precies aan het doen is.
“Eh…”
Ze voelt haar wangen gloeien en trapt zichzelf snel een halve meter achteruit. Wanneer waren ze überhaupt zo dicht bij elkaar gekomen? Ze glimlacht — doet in ieder geval een poging daartoe — en wijst naar de kant van het water waar ze de bedienden eerder die ochtend had geboden een uitgebreide brunch uit te stallen.
“Zwemmen is een erg hongerige bezigheid. Kan ik je verleiden —“ Merlijns baard, wat een verschrikkelijke woordkeuze “tot een vers bakje fruitsalade, of een tonijnsandwich?”
Voor ze het laatste woord goed en wel uit haar mond heeft, voelt Aurora een scherpe druk om haar enkel. Ze heeft net de tijd om haar ogen groot te voelen worden voor ze onder wordt getrokken. De wereld alleen nog water.