24/10/2021, 19:31
De andere internationale gast had hem begroet met een buiging. Onwennig had Harry geglimlacht en was hij doorgelopen. De hevig emotionele Narcissa was in alle vertrekken van de villa te horen geweest en aangezien de internationale gasten met elkaar in gesprek waren geweest, had het hem geen overbodige luxe geleken om een kijkje te nemen. Luisterend aan de deur had hij enkele impulsieve kreten gehoord. Een moeder met intens verdriet? Of een moeder met een intens schuldgevoel? De gedachte dat een moeder haar eigen kind zou vermoorden had hem zijn maag doen omkeren en hij had dan ook vurig gehoopt dat hij ernaast zat. In gedachten had hij de voordeur achter zich dichtgetrokken om de volgende ochtend terug te keren. Hij zou thuis eerst eens praten met Albus.
Met de laatste editie van De Ochtendprofeet opgevouwen in zijn rechterhand tikte hij voor een tweede ochtend op rij op de deurklopper. Dit zou de komende dagen een vast ritueel worden in een huis waar meer dan de helft zijn toestand zonder pardon zou verruilen voor die van Draco. Maar hij was hier om te helpen dus dat was wat hij zou doen. Hij had er een nacht over kunnen slapen en het feit dat Draco ogenschijnlijk zonder al te veel weerstand het leven had gelaten zat hem niet lekker. Dit kon haast niet het werk zijn van maar een persoon. Dit zou namelijk tot een duel hebben geleid, maar van enige ravage was geen sprake. Alle meubels stonden op hun plek en zelfs Draco’s drankje had nog onaangeroerd op het bijzettafeltje gestaan. Of was het toch wel een persoon geweest? Was hij nietsvermoedend van achteren vermoord? Vergiftigd misschien? Of was hij vermoord door een voor hem vertrouwde persoon? Iemand die zonder moeite dichtbij had kunnen komen om vervolgens een fatale dolksteek tussen de ribben te kunnen geven. Nee. Zijn onderbuikgevoel vertelde hem dat er meer dan een dader moest zijn. En met die gedachtegang zou hij verder gaan speuren in de villa. Te beginnen bij iemand waarvan hij hoopte enigszins vertrouwen te hebben: Scorpius.
Harry vond hem in een van de vertrekken van de villa en schonk hem een vriendelijke glimlach.
‘Hoe gaat het met je?’ vroeg hij. ‘Naar de omstandigheden,’ voegde hij eraan toe, toen hij zich bedacht dat het met niemand goed zou gaan die zojuist zijn vader had verloren. ‘Is je iets bijzonders opgevallen die dag? Een opvallend gesprek? Een andere stemming? Het zou helpen de daders op te sporen.’
Met de laatste editie van De Ochtendprofeet opgevouwen in zijn rechterhand tikte hij voor een tweede ochtend op rij op de deurklopper. Dit zou de komende dagen een vast ritueel worden in een huis waar meer dan de helft zijn toestand zonder pardon zou verruilen voor die van Draco. Maar hij was hier om te helpen dus dat was wat hij zou doen. Hij had er een nacht over kunnen slapen en het feit dat Draco ogenschijnlijk zonder al te veel weerstand het leven had gelaten zat hem niet lekker. Dit kon haast niet het werk zijn van maar een persoon. Dit zou namelijk tot een duel hebben geleid, maar van enige ravage was geen sprake. Alle meubels stonden op hun plek en zelfs Draco’s drankje had nog onaangeroerd op het bijzettafeltje gestaan. Of was het toch wel een persoon geweest? Was hij nietsvermoedend van achteren vermoord? Vergiftigd misschien? Of was hij vermoord door een voor hem vertrouwde persoon? Iemand die zonder moeite dichtbij had kunnen komen om vervolgens een fatale dolksteek tussen de ribben te kunnen geven. Nee. Zijn onderbuikgevoel vertelde hem dat er meer dan een dader moest zijn. En met die gedachtegang zou hij verder gaan speuren in de villa. Te beginnen bij iemand waarvan hij hoopte enigszins vertrouwen te hebben: Scorpius.
Harry vond hem in een van de vertrekken van de villa en schonk hem een vriendelijke glimlach.
‘Hoe gaat het met je?’ vroeg hij. ‘Naar de omstandigheden,’ voegde hij eraan toe, toen hij zich bedacht dat het met niemand goed zou gaan die zojuist zijn vader had verloren. ‘Is je iets bijzonders opgevallen die dag? Een opvallend gesprek? Een andere stemming? Het zou helpen de daders op te sporen.’