Damien wist dat hij zijn mond voorbij had gepraat, maar voor hij zijn woorden terug kon nemen, was haar gezicht nog maar centimeters verwijderd van het zijne. Ze glimlachte en hij volgde elke beweging van haar lippen. Hij wist nog hoe die proefden, hoe warm ze waren.
Hij hield zich stil terwijl haar eeuwig perfecte vingers langs zijn kaak streelden en hem met vaste hand naar zich toe trok. Haar zachte wang gleed langs zijn five o’clock shadow. Eliza’s adem was heet tegen zijn oor. Wat ze zei, verwarde hem, haalde hem bijna uit het moment. De drank was inderdaad geen goed idee geweest, besefte een klein deel van hem. Hij had minder gespannen willen worden, niet compleet ongeremd.
‘Ik zit niet onder de plak,’ zei hij, terwijl hij verdronk in de bodemloze diepten van haar prachtige ogen.
Ze liet zich weer achterover zakken, en ondanks die ene heldere gedachte bewoog hij mee. De frisse, perzikachtige geur van haar pasgewassen huid was betoverend. Ze was als een magneet die van pool was veranderd: ze had hem steeds afgestoten maar trok hem nu aan, sterker dan ooit tevoren. En waarom zou hij zich niet overgeven aan het moment? Zij wilde dit duidelijk ook.
Dus volgde hij haar, klauterde in één vloeiende beweging over de koffietafel die tussen hen in stond, om maar geen seconde verwijderd van haar te hoeven zijn. Het servet naast zijn wijnglas belandde op de grond toen hij hem per ongeluk een zet gaf met zijn voet. Het boeide hem niet; hij had nu alleen oog voor Eliza.
Haar lippen waren nog zachter dan hij zich had voorgesteld. Zout van vergeten tranen en bitter van de rode wijn. Hij kuste haar eerst voorzichtig, toen hongeriger. Hij had zijn handen aan weerszijden van haar op de bank geplant en alles wat hij daar tussenin aantrof, was als thuiskomen. Ze was even vertrouwd als jaren geleden, alsof ze nooit was weggeweest. Alsof Marsha en de band nooit hadden bestaan.
((Laat me weten als hij nog iets anders moet zeggen, of dat dit genoeg is om op te reageren. Ik twijfelde een beetje... Ugh, dit soort scènes zijn lastig te schrijven!))
Hij hield zich stil terwijl haar eeuwig perfecte vingers langs zijn kaak streelden en hem met vaste hand naar zich toe trok. Haar zachte wang gleed langs zijn five o’clock shadow. Eliza’s adem was heet tegen zijn oor. Wat ze zei, verwarde hem, haalde hem bijna uit het moment. De drank was inderdaad geen goed idee geweest, besefte een klein deel van hem. Hij had minder gespannen willen worden, niet compleet ongeremd.
‘Ik zit niet onder de plak,’ zei hij, terwijl hij verdronk in de bodemloze diepten van haar prachtige ogen.
Ze liet zich weer achterover zakken, en ondanks die ene heldere gedachte bewoog hij mee. De frisse, perzikachtige geur van haar pasgewassen huid was betoverend. Ze was als een magneet die van pool was veranderd: ze had hem steeds afgestoten maar trok hem nu aan, sterker dan ooit tevoren. En waarom zou hij zich niet overgeven aan het moment? Zij wilde dit duidelijk ook.
Dus volgde hij haar, klauterde in één vloeiende beweging over de koffietafel die tussen hen in stond, om maar geen seconde verwijderd van haar te hoeven zijn. Het servet naast zijn wijnglas belandde op de grond toen hij hem per ongeluk een zet gaf met zijn voet. Het boeide hem niet; hij had nu alleen oog voor Eliza.
Haar lippen waren nog zachter dan hij zich had voorgesteld. Zout van vergeten tranen en bitter van de rode wijn. Hij kuste haar eerst voorzichtig, toen hongeriger. Hij had zijn handen aan weerszijden van haar op de bank geplant en alles wat hij daar tussenin aantrof, was als thuiskomen. Ze was even vertrouwd als jaren geleden, alsof ze nooit was weggeweest. Alsof Marsha en de band nooit hadden bestaan.
((Laat me weten als hij nog iets anders moet zeggen, of dat dit genoeg is om op te reageren. Ik twijfelde een beetje... Ugh, dit soort scènes zijn lastig te schrijven!))