18/02/2021, 02:00
Hazel pakte haar bosjes bloemen op van de tafel en draaide zich om naar Damien die prompt zijn arm naar haar uitstak. Ze was heel even uit het veld geslagen. Dit was… exact haar favoriete scene allertijden. De galantheid van iemand die bij je in de buurt wilde zijn, je aan wilde raken en wilde ondersteunen. Het contact. Het symboliseerde alles dat ze zich altijd voor had gesteld als het einde van haar eerste perfecte date. Wist hij dat? Had hij dit ooit spontaan voor haar gedaan? Was het zoals in al de beste films? Of had ze het hem ooit verteld en dacht hij nu dat hij hiermee een wit voetje kon halen?
Nee. Kop dicht. Goed.
Mensen. Zijn. Goed.
Shit.
Ze haatte dat ze blijkbaar zo diep terug was gezonken. Had ze dan echt zo weinig controle over zichzelf? Eigenlijk was het super lief dat hij hoopte dat het haar op d’r gemak zou stellen. Hoe hij er ook over te weten was gekomen.
Ze keek hem onderzoekend aan. Zijn glimlach leek op degene die hij in de meeste foto’s had gedragen, maar het miste wat van de lachrimpels naast zijn ogen. Toch nam ze zijn arm met beide handen aan en glimlachte ze terug, de bloemen een beetje onhandig richting hun gezichten stekend. Wat in ieder geval weer zorgde voor een heerlijke geur! Zie! Zoveel controle had ze dan wel weer.
Zijn belachelijke stem – die gek genoeg niet eens zo veel afweek van zijn normale stem, alleen dan wat excentrieker en overdrevener – deed haar lachen. Het maakte de zoektocht naar een metrostation in ieder geval een stuk leuker dan het eten was geweest.
De roltrap was een beetje onhandig en ze onthaakte haar arm van de zijne. De ticketautomaten hadden hele rijen ervoor staan, wat op zich vrij logisch was op dit tijdstip in LONDEN. Ze knikte richting Damien terwijl ze zich probeerde voor te stellen hoe ze de afgelopen zoveel jaar waarschijnlijk elke dag met de metro naar huis was gekomen – tot ze besefte dat Damien net had gezegd dat hij al vier jaar niet meer met de metro was geweest.
Dat moest even bezinken. Hoe was dat überhaupt mogelijk? Ze keek hem vanuit haar ooghoeken aan. “Huh, vier jaar hè?” Ze tikte de gegevens in op het apparaat en hield haar andere hand op. “Heb jij wat ponden voor de kaartjes? Geen zorgen,” voegde ze er half afgeleid aan toe. “Ik betaal het je zo snel mogelijk terug. Maar zijn wij echt nooit samen met de metro gegaan? Ik bedoel. De metro was het meest geweldige ding van onze trip naar Londen. Van mijn moeder en mij bedoel ik. Natuurlijk. In ieder geval, je kan een hele dag naar binnen en naar buiten springen en overal komen! Waarom… Is…” ze beet op haar lip. “Is dat niet meer iets wat ik… andere ik… leuk vind?”
Nee. Kop dicht. Goed.
Mensen. Zijn. Goed.
Shit.
Ze haatte dat ze blijkbaar zo diep terug was gezonken. Had ze dan echt zo weinig controle over zichzelf? Eigenlijk was het super lief dat hij hoopte dat het haar op d’r gemak zou stellen. Hoe hij er ook over te weten was gekomen.
Ze keek hem onderzoekend aan. Zijn glimlach leek op degene die hij in de meeste foto’s had gedragen, maar het miste wat van de lachrimpels naast zijn ogen. Toch nam ze zijn arm met beide handen aan en glimlachte ze terug, de bloemen een beetje onhandig richting hun gezichten stekend. Wat in ieder geval weer zorgde voor een heerlijke geur! Zie! Zoveel controle had ze dan wel weer.
Zijn belachelijke stem – die gek genoeg niet eens zo veel afweek van zijn normale stem, alleen dan wat excentrieker en overdrevener – deed haar lachen. Het maakte de zoektocht naar een metrostation in ieder geval een stuk leuker dan het eten was geweest.
De roltrap was een beetje onhandig en ze onthaakte haar arm van de zijne. De ticketautomaten hadden hele rijen ervoor staan, wat op zich vrij logisch was op dit tijdstip in LONDEN. Ze knikte richting Damien terwijl ze zich probeerde voor te stellen hoe ze de afgelopen zoveel jaar waarschijnlijk elke dag met de metro naar huis was gekomen – tot ze besefte dat Damien net had gezegd dat hij al vier jaar niet meer met de metro was geweest.
Dat moest even bezinken. Hoe was dat überhaupt mogelijk? Ze keek hem vanuit haar ooghoeken aan. “Huh, vier jaar hè?” Ze tikte de gegevens in op het apparaat en hield haar andere hand op. “Heb jij wat ponden voor de kaartjes? Geen zorgen,” voegde ze er half afgeleid aan toe. “Ik betaal het je zo snel mogelijk terug. Maar zijn wij echt nooit samen met de metro gegaan? Ik bedoel. De metro was het meest geweldige ding van onze trip naar Londen. Van mijn moeder en mij bedoel ik. Natuurlijk. In ieder geval, je kan een hele dag naar binnen en naar buiten springen en overal komen! Waarom… Is…” ze beet op haar lip. “Is dat niet meer iets wat ik… andere ik… leuk vind?”