13/12/2020, 15:54
(Dit bericht is het laatst bewerkt op 13/12/2020, 16:54 door AlessaJess.)
Dreuzelmeisje. Blue kon zich niet meer herinneren wanneer hij haar zo was gaan noemen, maar ze vond het een van de leukste bijnamen die ze had. Op Blue na natuurlijk, al voelde dat ondertussen niet echt meer als een bijnaam als ze eerlijk was. Eigenlijk alleen haar moeder noemde haar nog Hazel en die zag helaas een stuk minder dan ze eigenlijk zou willen.
Ondertussen gaf Trevor haar zijn ga-je-me-nu-eindelijk-laten-weglopenknikje en klonk nogal weifelend over haar voorstel om te helpen. Maar in ieder geval zei hij geen nee en dat was al een heel ding voor hem.
Terwijl hij zich omdraaide, kneep Blue haar ogen een beetje samen en trok gespeeld haar kin omhoog. “Oh, en dat van de fietsen? Dat gaat om het principe, meneer Hathaway,” riep ze hem op haar meest strenge toon achterna. “Oeh! En vergeet zo ook niet naar boven te gaan! Alleen de begane grond heeft deze voertuigen en eigenlijk wilde ik je boven laten zien, want dat is waarschijnlijk veel meer jouw ding!” Ondertussen was hij echter al vrij ver weg en ze kreeg zo het idee dat hij expres net even wat sneller ging lopen, misschien omdat hij niet heel veel zin had in small talk. Kon ze inkomen. Niet dat ze het zelf erg fijn vond om alleen te zijn en niemand te hebben om over te praten, maar Trevor was duidelijk niet uit hetzelfde hout gesneden. Ze vroeg zich af of hun toverstokken überhaupt iets gemeen hadden, laat staan de bouwstenen van hun mentale gesteldheid.
Blue liep een beetje in die gedachten verzonken door de bus heen. De hele begane grond van de bus was vol gezet met allemaal antieke ladekastjes, met allerlei soorten pennen in een ervan, tassen in een van de onderste lades en fotolijstjes in een ander. Weer ergens anders vond ze een la gevuld met allerlei sieraden en hoewel ze zelf geen idee had of ze van een beetje goede kwaliteit waren, deden de prijzen – en de belofte van de eigenaar de vorige keer – haar geloven dat dat wel het geval was. Eén ervan trok haar aandacht. Het was een delicaat kettinkje, met een waarschijnlijk uit glas geblazen roosje eraan. Zelfs met het weinige licht dat er in de bus op scheen, zag ze dat er wat verschillende kleuren door het glas liepen als ze hem draaide.
Blue greep naar haar telefoon om de zaklamp te kunnen gebruiken, maar kwam met lege handen uit haar zakken. Ships. Had ze die dan echt thuis laten liggen? Waarschijnlijk wel. Ze kon zich in ieder geval niet herinneren dat ze hem nog mee had genomen. Of wat dat betreft dat ze de radio uit had gezet voordat ze het appartement uit was gerent. Hoe dan ook, nu kon ze er niks mee. Ze wist niet zeker of haar volgende actie een goed idee was, maar ze hadden tot nu toe niemand in de winkel gezien en momenteel hoorde ze ook niks. Ze keek even gauw om zich heen, maar de hele winkel om haar heen was verlaten. Toch hield ze haar stem op een fluister. “Lumos.”
Het tipje van haar toverstok lichtte op en ze hield hem onder de ketting. Inderdaad schenen er prachtige regenbogen door de glazen bloem heen, die zich verplaatsten terwijl ze hem draaide. Oh, Lila zou hier blij mee zijn! Ze voelde zich helemaal trots en wilde net het licht laten doven toen ze zachte voetstappen achter zich hoorde. Met een ruk draaide ze zich om en schoof haar hand met toverstok achter in haar shirt. Maar niemand stond achter haar in de bus. En een snelle blik naar buiten deed haar geloven dat daar ook niemand was. Ze ademde even diep uit en sloot haar ogen voor een halve seconde. Zelfs als het Trevor maar was geweest, was ze blij dat niemand haar had gezien. Ze gaf haar staf een klein zwiepje waarna het licht doofde en ze wierp toch nog snel een blik naar buiten. Er was echt niemand te zien. En toch bleef haar een onbehagelijk gevoel hangen die in haar spieren leek te blijven zitten.
Ondertussen gaf Trevor haar zijn ga-je-me-nu-eindelijk-laten-weglopenknikje en klonk nogal weifelend over haar voorstel om te helpen. Maar in ieder geval zei hij geen nee en dat was al een heel ding voor hem.
Terwijl hij zich omdraaide, kneep Blue haar ogen een beetje samen en trok gespeeld haar kin omhoog. “Oh, en dat van de fietsen? Dat gaat om het principe, meneer Hathaway,” riep ze hem op haar meest strenge toon achterna. “Oeh! En vergeet zo ook niet naar boven te gaan! Alleen de begane grond heeft deze voertuigen en eigenlijk wilde ik je boven laten zien, want dat is waarschijnlijk veel meer jouw ding!” Ondertussen was hij echter al vrij ver weg en ze kreeg zo het idee dat hij expres net even wat sneller ging lopen, misschien omdat hij niet heel veel zin had in small talk. Kon ze inkomen. Niet dat ze het zelf erg fijn vond om alleen te zijn en niemand te hebben om over te praten, maar Trevor was duidelijk niet uit hetzelfde hout gesneden. Ze vroeg zich af of hun toverstokken überhaupt iets gemeen hadden, laat staan de bouwstenen van hun mentale gesteldheid.
Blue liep een beetje in die gedachten verzonken door de bus heen. De hele begane grond van de bus was vol gezet met allemaal antieke ladekastjes, met allerlei soorten pennen in een ervan, tassen in een van de onderste lades en fotolijstjes in een ander. Weer ergens anders vond ze een la gevuld met allerlei sieraden en hoewel ze zelf geen idee had of ze van een beetje goede kwaliteit waren, deden de prijzen – en de belofte van de eigenaar de vorige keer – haar geloven dat dat wel het geval was. Eén ervan trok haar aandacht. Het was een delicaat kettinkje, met een waarschijnlijk uit glas geblazen roosje eraan. Zelfs met het weinige licht dat er in de bus op scheen, zag ze dat er wat verschillende kleuren door het glas liepen als ze hem draaide.
Blue greep naar haar telefoon om de zaklamp te kunnen gebruiken, maar kwam met lege handen uit haar zakken. Ships. Had ze die dan echt thuis laten liggen? Waarschijnlijk wel. Ze kon zich in ieder geval niet herinneren dat ze hem nog mee had genomen. Of wat dat betreft dat ze de radio uit had gezet voordat ze het appartement uit was gerent. Hoe dan ook, nu kon ze er niks mee. Ze wist niet zeker of haar volgende actie een goed idee was, maar ze hadden tot nu toe niemand in de winkel gezien en momenteel hoorde ze ook niks. Ze keek even gauw om zich heen, maar de hele winkel om haar heen was verlaten. Toch hield ze haar stem op een fluister. “Lumos.”
Het tipje van haar toverstok lichtte op en ze hield hem onder de ketting. Inderdaad schenen er prachtige regenbogen door de glazen bloem heen, die zich verplaatsten terwijl ze hem draaide. Oh, Lila zou hier blij mee zijn! Ze voelde zich helemaal trots en wilde net het licht laten doven toen ze zachte voetstappen achter zich hoorde. Met een ruk draaide ze zich om en schoof haar hand met toverstok achter in haar shirt. Maar niemand stond achter haar in de bus. En een snelle blik naar buiten deed haar geloven dat daar ook niemand was. Ze ademde even diep uit en sloot haar ogen voor een halve seconde. Zelfs als het Trevor maar was geweest, was ze blij dat niemand haar had gezien. Ze gaf haar staf een klein zwiepje waarna het licht doofde en ze wierp toch nog snel een blik naar buiten. Er was echt niemand te zien. En toch bleef haar een onbehagelijk gevoel hangen die in haar spieren leek te blijven zitten.