Toen Damien de badkamer in stapte, omsloten warme dampen hem. Eliza had het bad vol laten lopen en zat er nu in. Er was geen zeepsop om haar lichaam aan het zicht te onttrekken, maar tot Damiens halfslachtige opluchting droeg ze haar kleren nog. De dikke wol van haar ruim vallende trui had zich volgezogen en zweefde traag en zwaar in het water. Haar trainingsbroek verhulde minder, klampte zich vast aan haar huid, zodat de contouren van haar ranke benen duidelijk zichtbaar waren, slechts lichtelijk vervormd door de manier waarop het badkamerlicht op de wateroppervlakte brak.
Met hese stem lokte ze hem verder de badkamer in en Damien gehoorzaamde gewillig. Hij voelde hoe ze hem in zich opnam. Ze deed het traag. Het riep herinneringen op aan alle vorige keren dat ze dat had gedaan. De tijd die ze ervoor nam om hem woordeloos te bestuderen. Dan straalde ze uit dat hij die aandacht waard was, maar tegelijkertijd had het ook iets dat grensde aan arrogantie, iets dat zei: deze tijd neem ik van jou, en misschien neem ik nog wel meer van je, als ik daar zin in heb. Eliza had er geen probleem mee om te nemen, ook al hoorden vrouwen dat volgens de oude etiquette niet te doen, laat staan zo onkoket. Toch gaf ze er eveneens veel voor terug. En – dat gaf Damien eerlijk toe – het was fijn om zo gewild te zijn.
Ze liet haar blik afdwalen en maakte een grapje over zijn Dag van het Eerste Teken, dat hij vierde in plaats van zijn verjaardag. Toen hij het voor het eerst aan haar had uitgelegd, had ze het al een protserige bedoening gevonden. Uit protest had ze samen met Blue een soort anti-feest georganiseerd, waarbij ze met een zelfvoldane pokerface beweerde dat ze vierde dat Blue er eindelijk in was geslaagd om een degelijke foto van hem te maken. Haar houding was overduidelijk niet veranderd.
Iets aan haar opmerking maakte hem stekelig. Dat ze zijn familietradities niets vond, deed hem niet zo veel, maar de achteloosheid waarmee ze vroeg of ze iets had onderbroken… Ze had zojuist gevraagd of hij zijn feestje wilde afbreken en zelfs Blue uit haar eigen appartement te verbannen voor de nacht, en ze leek het vanzelfsprekend te vinden dat hij gehoor had gegeven aan haar wensen.
Zo is ze, weet je nog? Dat is Eliza Dayes, fluisterde een stemmetje in zijn achterhoofd. Dat ben je misschien vergeten, omdat je drie jaar lang alleen maar brieven met haar hebt geschreven, maar ze eist haar plek op. En die is groter dan je soms zou willen.
‘We gaven een feestje voor Blue, zodat ze haar vrienden weer kon leren kennen. Vanwege haar geheugenverlies, weet je nog?’ legde Damien uit. Als hij het zich goed herinnerde, hoorde Eliza nu ergens aan de andere kant van de wereld op een podium te staan. Het was dan ook niet ondenkbaar dat ze in haar huidige staat even was vergeten dat ook in Londen niet alles vlekkeloos verliep, ook al leek ze wel naar hem toegekomen te zijn in de hoop op een zorgeloos schuiladres voor wat het ook maar was dat haar uit Azië had verdreven.
Blue was in goede handen, vertelde hij dat stomme stemmetje in zijn hoofd, dat deed alsof het een zonde was dat Eliza aandacht verlangde. Hij ging zitten op de houten kruk die doorgaans als handdoekenplank diende, en keek bezorgd naar haar glanzende ogen. ‘Je wilt toch niet zeggen dat je helemaal hierheen bent gekomen om mijn favoriete familietraditie te beledigen, hè? Want in dat geval heb je de datum helemaal verkeerd. Dus… wil je me vertellen wat er echt is?’
Met hese stem lokte ze hem verder de badkamer in en Damien gehoorzaamde gewillig. Hij voelde hoe ze hem in zich opnam. Ze deed het traag. Het riep herinneringen op aan alle vorige keren dat ze dat had gedaan. De tijd die ze ervoor nam om hem woordeloos te bestuderen. Dan straalde ze uit dat hij die aandacht waard was, maar tegelijkertijd had het ook iets dat grensde aan arrogantie, iets dat zei: deze tijd neem ik van jou, en misschien neem ik nog wel meer van je, als ik daar zin in heb. Eliza had er geen probleem mee om te nemen, ook al hoorden vrouwen dat volgens de oude etiquette niet te doen, laat staan zo onkoket. Toch gaf ze er eveneens veel voor terug. En – dat gaf Damien eerlijk toe – het was fijn om zo gewild te zijn.
Ze liet haar blik afdwalen en maakte een grapje over zijn Dag van het Eerste Teken, dat hij vierde in plaats van zijn verjaardag. Toen hij het voor het eerst aan haar had uitgelegd, had ze het al een protserige bedoening gevonden. Uit protest had ze samen met Blue een soort anti-feest georganiseerd, waarbij ze met een zelfvoldane pokerface beweerde dat ze vierde dat Blue er eindelijk in was geslaagd om een degelijke foto van hem te maken. Haar houding was overduidelijk niet veranderd.
Iets aan haar opmerking maakte hem stekelig. Dat ze zijn familietradities niets vond, deed hem niet zo veel, maar de achteloosheid waarmee ze vroeg of ze iets had onderbroken… Ze had zojuist gevraagd of hij zijn feestje wilde afbreken en zelfs Blue uit haar eigen appartement te verbannen voor de nacht, en ze leek het vanzelfsprekend te vinden dat hij gehoor had gegeven aan haar wensen.
Zo is ze, weet je nog? Dat is Eliza Dayes, fluisterde een stemmetje in zijn achterhoofd. Dat ben je misschien vergeten, omdat je drie jaar lang alleen maar brieven met haar hebt geschreven, maar ze eist haar plek op. En die is groter dan je soms zou willen.
‘We gaven een feestje voor Blue, zodat ze haar vrienden weer kon leren kennen. Vanwege haar geheugenverlies, weet je nog?’ legde Damien uit. Als hij het zich goed herinnerde, hoorde Eliza nu ergens aan de andere kant van de wereld op een podium te staan. Het was dan ook niet ondenkbaar dat ze in haar huidige staat even was vergeten dat ook in Londen niet alles vlekkeloos verliep, ook al leek ze wel naar hem toegekomen te zijn in de hoop op een zorgeloos schuiladres voor wat het ook maar was dat haar uit Azië had verdreven.
Blue was in goede handen, vertelde hij dat stomme stemmetje in zijn hoofd, dat deed alsof het een zonde was dat Eliza aandacht verlangde. Hij ging zitten op de houten kruk die doorgaans als handdoekenplank diende, en keek bezorgd naar haar glanzende ogen. ‘Je wilt toch niet zeggen dat je helemaal hierheen bent gekomen om mijn favoriete familietraditie te beledigen, hè? Want in dat geval heb je de datum helemaal verkeerd. Dus… wil je me vertellen wat er echt is?’