‘Oh, wat zie je er leuk uit!’ zei Olivia blij toen ze Emilien zag. Ze zag er oprecht leuk uit en Olivia vond het leuk dat ze er net wat anders zag dan normaal. ‘Een sterke, jonge vrouw. Daar hou ik van.’ Ze glimlachte en stak haar arm tussen die van Emilien en knikte naar de deur. ‘Kom. Dan gaan we een leuke avond beleven.’
Of Olivia echt door de hoofdpoort naar buiten wilde gaan. Ze glimlachte. ‘Nee. Eigenlijk… nou ja…’ Ze betraden de koude buitenlucht. Ze wist dat er bij de hekken klassenoudsten en Schouwers stonden, met name sinds de toename van de geruchten van Dooddoeners in de buurt van het kasteel, en sowieso in het algemeen van Groot-Brittannië. Ze trok haar roze jasje wat dichter tegen zich aan. ‘Eigenlijk had ik andere plannen.’
In plaats van het pad naar de poort die naar Zweinsveld leidde te volgen, knikte Olivia een andere kant op naar een klein inhammetje van het kasteel. Ze sleepte Emilien met zich mee.
‘Niet bang zijn,’ zei Olivia snel. ‘Niets illegaals.’ Op de grond stond een oude laars van een paar maatjes kleiner dan dat ze nu had. Ze knikte ernaar. ‘Dit is onze weg naar buiten,’ zei ze met een glimlach. ‘Maar… niet naar Zweinsveld. Naar Edinburgh, baby! Ooit wel eens geweest?’
Ze pakte de laars op. ‘Binnen… dertig seconden vertrekt deze ViaVia naar Londen. Daar blijft-ie vier uurtjes, wij gaan een leuke avond hebben zonder ook maar iemand van school te kunnen tegenkomen en dan gaan we weer terug.’ Ze haalde haar schouders op en grijnsde. ‘Dit doe ik vaker. Vertrouw me.’
Of Olivia echt door de hoofdpoort naar buiten wilde gaan. Ze glimlachte. ‘Nee. Eigenlijk… nou ja…’ Ze betraden de koude buitenlucht. Ze wist dat er bij de hekken klassenoudsten en Schouwers stonden, met name sinds de toename van de geruchten van Dooddoeners in de buurt van het kasteel, en sowieso in het algemeen van Groot-Brittannië. Ze trok haar roze jasje wat dichter tegen zich aan. ‘Eigenlijk had ik andere plannen.’
In plaats van het pad naar de poort die naar Zweinsveld leidde te volgen, knikte Olivia een andere kant op naar een klein inhammetje van het kasteel. Ze sleepte Emilien met zich mee.
‘Niet bang zijn,’ zei Olivia snel. ‘Niets illegaals.’ Op de grond stond een oude laars van een paar maatjes kleiner dan dat ze nu had. Ze knikte ernaar. ‘Dit is onze weg naar buiten,’ zei ze met een glimlach. ‘Maar… niet naar Zweinsveld. Naar Edinburgh, baby! Ooit wel eens geweest?’
Ze pakte de laars op. ‘Binnen… dertig seconden vertrekt deze ViaVia naar Londen. Daar blijft-ie vier uurtjes, wij gaan een leuke avond hebben zonder ook maar iemand van school te kunnen tegenkomen en dan gaan we weer terug.’ Ze haalde haar schouders op en grijnsde. ‘Dit doe ik vaker. Vertrouw me.’