10/09/2020, 20:43
Valarie liep met klakkende hakjes door het Atrium. Ze keek onwennig om zich heen; af en toe groette een heks of tovenaar haar, waardoor Valarie de indruk kreeg dat ondanks dat Amanda geen al te hoog geplaatst personeelslid was, ze waarschijnlijk wel een beetje een extravert persoon was dat maar al te graag een praatje tegen anderen deed. Vandaar dat ze met veel moeite een glimlach tevoorschijn wist te toveren en haar ‘collega’s’ lachend begroette.
Wat zullen deze mensen opgelucht zijn als ze het verrotte lichaam van dit wijf in een vuilcontainer vinden, schoot er door Valarie heen. Ze had een hekel aan van die types die overal hun neus instaken en altijd maar zaten te roddelen en te glimlachen.
Voordat ze er erg in had, raakte Amanda’s veel te grote neus iets. Ze keek op. Ze was op een niet al te knappe man gebotst. Hij zag eruit alsof hij wel eens mocht douchen. Hij had een beetje een baardje, een strak pak en een glimlach die op zijn gezicht vastgeplakt leek te zitten. Hij had iets weg van een potloodventer.
‘Kijk eens uit, jij lompe –‘
Nou, daar gingen we al. Valarie was door het botsen helemaal uit haar doen. Ze was helemaal vergeten dat ze een onschuldige, praatgrage baliemedewerkster moest spelen. Haar hart zakte in haar keel toen ze zijn naamplaatje las. Alwyn Graham - Manager Administratieve Dienst Wikenweegschaar.
Merlijns harige borsthaar en baard nog aan toe, dacht Valarie, zichzelf vervloekend. Het was maar goed als ze zo laag in de loonschaal begon. Deze vent was haar baas. Of nou ja, Amanda’s baas. In haar hoofd bedacht ze zich dat dit niet ontzettend slecht was, omdat dit dan zou leiden tot ontslag, en dan zou Amanda zelfmoord plegen door deze plotse klap en dan was er een goed motief om zichzelf te verbranden in een stinkende vuilcontainer!
Maar goed, Valarie was geen opgever. ‘Uhm, sorry, baas. Slecht geslapen, hihi,’ zei ze en perste er een afgrijselijke glimlach uit. Toen ineens begon zijn naamplaatje haar te dagen. Graham… was dit… Amanda’s broer?
‘Uhm… nou ja, broerlief, het is al goed toch,’ zei ze glimlachend. ‘Kan gebeuren. Gaan… gaan we naar het kantoor?’
Wat zullen deze mensen opgelucht zijn als ze het verrotte lichaam van dit wijf in een vuilcontainer vinden, schoot er door Valarie heen. Ze had een hekel aan van die types die overal hun neus instaken en altijd maar zaten te roddelen en te glimlachen.
Voordat ze er erg in had, raakte Amanda’s veel te grote neus iets. Ze keek op. Ze was op een niet al te knappe man gebotst. Hij zag eruit alsof hij wel eens mocht douchen. Hij had een beetje een baardje, een strak pak en een glimlach die op zijn gezicht vastgeplakt leek te zitten. Hij had iets weg van een potloodventer.
‘Kijk eens uit, jij lompe –‘
Nou, daar gingen we al. Valarie was door het botsen helemaal uit haar doen. Ze was helemaal vergeten dat ze een onschuldige, praatgrage baliemedewerkster moest spelen. Haar hart zakte in haar keel toen ze zijn naamplaatje las. Alwyn Graham - Manager Administratieve Dienst Wikenweegschaar.
Merlijns harige borsthaar en baard nog aan toe, dacht Valarie, zichzelf vervloekend. Het was maar goed als ze zo laag in de loonschaal begon. Deze vent was haar baas. Of nou ja, Amanda’s baas. In haar hoofd bedacht ze zich dat dit niet ontzettend slecht was, omdat dit dan zou leiden tot ontslag, en dan zou Amanda zelfmoord plegen door deze plotse klap en dan was er een goed motief om zichzelf te verbranden in een stinkende vuilcontainer!
Maar goed, Valarie was geen opgever. ‘Uhm, sorry, baas. Slecht geslapen, hihi,’ zei ze en perste er een afgrijselijke glimlach uit. Toen ineens begon zijn naamplaatje haar te dagen. Graham… was dit… Amanda’s broer?
‘Uhm… nou ja, broerlief, het is al goed toch,’ zei ze glimlachend. ‘Kan gebeuren. Gaan… gaan we naar het kantoor?’