04/09/2020, 21:16
Ah, het was die nieuwe docente voor Geschiedenis van de Toverkunst! Hoe het schoolhoofd erin geslaagd was om een spook weg te sturen, was Jo-Ann een raadsel, maar erg druk maakte ze zich er niet om. Geschiedenis moest kennelijk weer op de kaart gezet worden en een nieuwe frisse docent was daarbij wel gewenst.
“Hai!” antwoordde ze enthousiast toen haar jongste collega dichterbij kwam. “Ja, beetje werk verrichten nog. Ik vind dat diner altijd zo lang duren.”
Ze luisterde hoe Dara van wal stak, duidelijk nog niet gewend aan haar rol als personeelslid en ook leek het erop alsof ze met haar gepraat een leegte probeerde te vullen. Op zich vond Jo-Ann dat prima, hoewel enkele Mandoragora’s een beetje chagrijnig in hun pot bewogen.
“Iedereen zijn vak, hè?” viel ze Dara bij. “Ik viel altijd in slaap bij Geschiedenis van de Toverkunst, dus dan staan we vaktechnisch helemaal quitte.” Ze glimlachte in de hoop dat ze nu geen preek kreeg over hoe boeiend de geschiedenis van de toverkunst wel niet was (ze schatte de kans nogal hoog in) al zou ze zelf uit respect helemaal niks over plantjes vertellen als dat Dara niet boeide.
Zoals verwacht was Dara aan het surveilleren geweest. Nee, inderdaad, je wist maar nooit…
“Je klinkt alsof je zelf enkele jaren geleden nog heel wat uitvrat op Zweinstein,” lachte Jo-Ann. “Hmm? Vertel eens?”
Buiten dat wilde Jo-Ann nog meer weten, namelijk: “Hoe bevalt het je tot nu toe om terug op Zweinstein te zijn?”
Ondertussen leegde ze de mand met de bollen van Trampolinetulpen op de tafel en nam kratjes om ze netjes weer in weg te leggen nadat ze alle resten potgrond en dode wortels ertussenuit had gevist. Zo hier en daar sprongen de bolletjes op-en-neer. Dat waren de tulpen die het eerste uit zouden komen.
“Ik was vorig schooljaar voor het eerst in deze functie, en zou nu al niet meer zonder kunnen. Het is hier echt mijn tweede thuis.” Praten en werken kon best tegelijkertijd.
“Hai!” antwoordde ze enthousiast toen haar jongste collega dichterbij kwam. “Ja, beetje werk verrichten nog. Ik vind dat diner altijd zo lang duren.”
Ze luisterde hoe Dara van wal stak, duidelijk nog niet gewend aan haar rol als personeelslid en ook leek het erop alsof ze met haar gepraat een leegte probeerde te vullen. Op zich vond Jo-Ann dat prima, hoewel enkele Mandoragora’s een beetje chagrijnig in hun pot bewogen.
“Iedereen zijn vak, hè?” viel ze Dara bij. “Ik viel altijd in slaap bij Geschiedenis van de Toverkunst, dus dan staan we vaktechnisch helemaal quitte.” Ze glimlachte in de hoop dat ze nu geen preek kreeg over hoe boeiend de geschiedenis van de toverkunst wel niet was (ze schatte de kans nogal hoog in) al zou ze zelf uit respect helemaal niks over plantjes vertellen als dat Dara niet boeide.
Zoals verwacht was Dara aan het surveilleren geweest. Nee, inderdaad, je wist maar nooit…
“Je klinkt alsof je zelf enkele jaren geleden nog heel wat uitvrat op Zweinstein,” lachte Jo-Ann. “Hmm? Vertel eens?”
Buiten dat wilde Jo-Ann nog meer weten, namelijk: “Hoe bevalt het je tot nu toe om terug op Zweinstein te zijn?”
Ondertussen leegde ze de mand met de bollen van Trampolinetulpen op de tafel en nam kratjes om ze netjes weer in weg te leggen nadat ze alle resten potgrond en dode wortels ertussenuit had gevist. Zo hier en daar sprongen de bolletjes op-en-neer. Dat waren de tulpen die het eerste uit zouden komen.
“Ik was vorig schooljaar voor het eerst in deze functie, en zou nu al niet meer zonder kunnen. Het is hier echt mijn tweede thuis.” Praten en werken kon best tegelijkertijd.