28/08/2020, 14:21
(Dit bericht is het laatst bewerkt op 28/08/2020, 14:26 door CartoonJessie.)
Vierkant
“Voor vandaag had ik iets speciaals in gedachten.”
Loena stond geduldig in het midden van de oefenruimte van het lokaal Verweer. Severus liep om haar heen en plaatste vier zwarte stenen in de vorm van een groot vierkant om haar heen. Hij mompelde opeens een spreuk in een oude en vreemde taal die Loena niet begreep. Ze zag hoe tussen de stenen doorschijnende muren met een blauw tintje verschenen. De magische muren leken te gloeien en Severus – die aan de andere kant stond, leek zelf ook een beetje blauw totdat hij opeens zonder enig probleem door de muur heen stapte en bij haar ging staan.
“Heb je ooit al eens geoefend op Spreukenreflectie?”
“Spreukenreflectie?” herhaalde ze stil. “Neen. Ik heb er nog nooit van gehoord. Staat dat op het lessenplan? Moet ik dat kennen om mijn SLIJMBAL te behalen?”
Severus grijnsde omwille van haar vragen. Het was nog niet eens december, maar ze liep al zodanig voor op haar jaargenoten dat ze haar SLIJMBAL voor Verweer blindelings kon halen. In zijn gedachten zag hij zelfs hoe Loena de meer getalenteerde leerlingen uit de hogere jaren onderuit haalde. Geregeld droomde hij dat zij het tegen Potter opnam en hem genadeloos versloeg. Het was een prachtige gedachte. Vooral omdat ze in zijn droom gebruik maakte van alle duistere spreuken die hij haar eigenlijk niet durfde leren en deze Potter vreselijk deden afzien.
Iedereen had recht op dagdromen, ook Severus.
“Dit leert men zelfs niet op PUIST niveau. Maar weinig tovenaars maken gebruik van Spreukenreflectie... En dat terwijl het enorm in hun voordeel zou spreken als ze dat wel deden. Spreukenreflectie op zich is geen spreuk – het is een techniek. Het houdt in dat je gebruik maakt van reflecterende zaken om in een niet-directe lijn een voltreffer te maken.”
Loena keek hem denkend aan, maar haar blik stond niet zo dromerig als anders. Severus wist dat dat een teken was dat ze het nog niet volledig begreep en hij nam zijn toverstaf en richtte die op haar.
“Als ik wil, kan ik nu een spreuk op je uitspreken. Wat zou je doen als ik dat deed?”
“Een schild optrekken,” antwoordde Loena.
“Waar?”
“Voor mij.”
Severus knikte geduldig.
“Wat als ik nu...” Severus bewoog zijn toverstaf naar de magische blauwe muur. “Hier mikte?”
Loena keek hem aan, niet-volgend waar hij naar toe wilde.
“Sta me toe.”
Hij zwiepte met zijn toverstaf en de spreuk kaatste van de muur naast Loena tot de muur achter haar en voordat ze zich kon omdraaien, raakte de spreuk haar in haar rug, alsof ze net door een elastiekje geraakt was.
“Auw!” Loena probeerde zich te krabben waar ze geraakt was, maar ze kwam er niet aan.
Severus negeerde haar terwijl hij streng verdervertelde, wat meestal betekende dat hij het levensbelangrijk vond dat ze goed oplette. “Spreukenreflectie werkt enkel met spreuken die bestemd zijn voor menselijke of dierlijke doelwitten. Bombarda zal niet lukken. Van het moment dat je dit op de muur uitspreekt, verniel je de muur. Paralitis heeft echter geen effect op levensloze voorwerpen en zou erop afkaatsen als je spreuk krachtig genoeg is. De doorsnee tovenaar heeft een spreukbereik van twintig meter – zeker als het om aanvalsspreuken gaat. Slechts een beperkt aantal tovenaars kunnen hun spreuken verder dan dat doen reiken en nog steeds voldoende snelheid en kracht in hun spreuken overhouden. Bij spreukenreflectie is de weg die de spreuk aflegt altijd langer dan die van een directe aanval – dus houd er rekening mee dat je spreuk in kracht kan verliezen. Houd ook rekening met de hoek die je gebruikt. Als jouw inval een hoek van dertig graden is, zal de spreuk ook met een hoek van dertig graden verdergereflecteerd worden tot de volgende muur of je slachtoffer. Ben je klaar?”
Loena’s mond viel lichtjes open. “Voor wat?”
“Verdedig jezelf,” waarschuwde Severus haar kort en hij schoot opeens een spreuk via de muur direct op haar af. Loena was maar net op tijd om haar schild op te trekken en Severus herhaalde zijn aanval drie maal. Een maal kaatste hij de spreuk van het plafond, een andere maal van de grond en nog een andere maal van de andere muur van het magisch blauwe vierkant. “Goed,” zei hij kort en opeens schoot hij weer een spreuk op het plafond af, maar deze weerkaatste tegen de muur achter haar en raakte haar weer in haar rug.
“Auw!” Ze vond het niet leuk dat ze geraakt werd en besloot om het niet meer te laten gebeuren. Severus schoot nogmaals op identiek dezelfde plek en ditmaal was Loena snel genoeg om zich om te draaien en de spreuk af te weren. Opeens voelde ze een pats in haar rug en na een korte “Auw!” draaide ze zich gefrustreerd om naar Severus.
“Draai nooit je rug naar een Duistere tovenaar,” waarschuwde Severus haar streng. “Voor hetzelfde was dat een Vloek des Doods geweest en had jij naar de muur achter je zitten staren.”
Loena schudde haar hoofd. “Hoe moet ik me dan verweren?”
“Wie zegt dat je de spreuk moet afweren? Wie zegt dat je op dezelfde plek moet blijven staan? Waarom spring je niet gewoon opzij?” Severus had dit nog maar net gezegd of hij schoot weer via het plafond en de muur achter haar een spreuk op haar af, maar ditmaal sprong ze opzij en toen Severus een vloek langs voren op haar afvuurde, wist Loena hem af te weren.
“Mooi. Goed. Kaats nu deze terug via minstens één muur.”
Toen de spreuk op haar afkwam, kaatste ze de spreuk via de muur richting Severus, maar deze bleef koel staan terwijl de spreuk hem met een meter miste.
“Ik sta hier,” merkte hij droog op en Loena probeerde zich kalm te houden. Hij was haar weer aan het pushen. Dat deed hij vaker. Dan werd hij strenger, sneller, gevaarlijker. Op zo een momenten had ze moeite om zijn tempo bij te houden en maakte ze vaak fouten. Toch leek Severus haar veel krediet te geven. Hij vroeg dan wel veel van haar en was met tijden ongeduldig, maar hij werd nooit boos. Niet op haar.
“Nog eens!” Hij had het amper gezegd of hij schoot een spreuk direct op haar. Ze probeerde ditmaal weer terug te kaatsen, maar had weeral geen succes toen de spreuk hem miste.
Pas na vier pogingen wist Loena juist te mikken, maar Severus was al opzij gestapt voordat de spreuk hem kon raken.
“Het is moeilijk!” verzuchtte Loena een halfuur later terwijl ze hem nu probeerde te raken via twee muren van het vierkant. “Hoe krijg je dit in hemelsnaam onder de knie?!”
“Observeren. Calculeren. Richten,” zei Severus kort en hij schoot opeens een straal achter zijn schouder heen, die weerkaatste op de grond, het plafond, de rechtermuur en vervolgens op Loena’s hand afschoot en haar ontwapende. Severus ving handig haar toverstaf op en stapte dichter naar haar toe. “Logica. Veel logica.”
Loena liet haar schouders zakken.
“Ik weet het,” zei Severus opeens in een zachte toon, zo zacht dat Loena bezorgd naar hem opkeek. “Je bent intelligent.... Maar logica is niet je sterkste punt.” Hij keek haar aan en zag de licht bezorgde blik in haar ogen, de lichte frons in haar voorhoofd en haar lippen die ze op elkaar leek te knijpen. Een teken dat ze op zoek was naar de kennis in zichzelf die haar zou helpen dit onder de knie te krijgen – maar zelfs Severus wist niet of ze dit zou kunnen. Misschien was hij inderdaad te ver aan het gaan – te moeilijk. Loena was een dromer – een heks. En zoals veel andere volbloedheksen, ontbrak het haar aan de logica die veel Dreuzelkinderen wel hadden. Hermelien Griffel was daar een goed voorbeeld van. Elf jaar was ze, en ze kraakte toen al zijn bescherming voor de Steen der Wijzen. Maar Loena... Logisch? Allesbehalve.
“Ik zal oefenen,” besloot ze opeens. “Ik wil dit onder de knie krijgen, Severus. Ik wil je niet teleurstellen.”
Hij keek haar opeens aan, lichtjes verward dat ze dat zei. “Loena... Je stelt me niet teleur. Je hebt ontzettend hard je best gedaan. Ik denk gewoon niet dat je het in je hebt. Dit niet. Maar dat betekent niet dat je geen andere talenten hebt in Verweer! Je bent onvoorspelbaar, origineel en met momenten erg verwarrend in je vechtstijl. Dat geeft je voordelen die anderen nooit zullen hebben. Je hebt me niet teleurgesteld. Ik tast gewoon je grenzen af.”
Loena schudde opeens haar hoofd. “Ik heb geen grenzen. Nog niet. Ik ben te jong. Als ik oud ben misschien.” Ze keek dromerig naar de blauwschijnende wanden. “Laat me alleen in het vierkant, Severus. Ik zal dit leren beheersen.”
Severus aarzelde, maar knikte vervolgens en verliet het vierkant. Ze draaide haar rug naar hem toe en schoot nonverbale vloeken op de muren af. Hij bekeek haar voor een paar minuten, mijmerend over haar woorden, maar zette zich even later aan zijn bureau, waar hij een boek nam en opensloeg. Zijn ogen dwaalden echter vaak af naar zijn jonge en leergierige pupil. Loena. Een brok talent. Een brok dromen. Zijn dromen.
Ze had gelijk. Grenzen had ze niet. Geen vierkant maakte een kans.
“Voor vandaag had ik iets speciaals in gedachten.”
Loena stond geduldig in het midden van de oefenruimte van het lokaal Verweer. Severus liep om haar heen en plaatste vier zwarte stenen in de vorm van een groot vierkant om haar heen. Hij mompelde opeens een spreuk in een oude en vreemde taal die Loena niet begreep. Ze zag hoe tussen de stenen doorschijnende muren met een blauw tintje verschenen. De magische muren leken te gloeien en Severus – die aan de andere kant stond, leek zelf ook een beetje blauw totdat hij opeens zonder enig probleem door de muur heen stapte en bij haar ging staan.
“Heb je ooit al eens geoefend op Spreukenreflectie?”
“Spreukenreflectie?” herhaalde ze stil. “Neen. Ik heb er nog nooit van gehoord. Staat dat op het lessenplan? Moet ik dat kennen om mijn SLIJMBAL te behalen?”
Severus grijnsde omwille van haar vragen. Het was nog niet eens december, maar ze liep al zodanig voor op haar jaargenoten dat ze haar SLIJMBAL voor Verweer blindelings kon halen. In zijn gedachten zag hij zelfs hoe Loena de meer getalenteerde leerlingen uit de hogere jaren onderuit haalde. Geregeld droomde hij dat zij het tegen Potter opnam en hem genadeloos versloeg. Het was een prachtige gedachte. Vooral omdat ze in zijn droom gebruik maakte van alle duistere spreuken die hij haar eigenlijk niet durfde leren en deze Potter vreselijk deden afzien.
Iedereen had recht op dagdromen, ook Severus.
“Dit leert men zelfs niet op PUIST niveau. Maar weinig tovenaars maken gebruik van Spreukenreflectie... En dat terwijl het enorm in hun voordeel zou spreken als ze dat wel deden. Spreukenreflectie op zich is geen spreuk – het is een techniek. Het houdt in dat je gebruik maakt van reflecterende zaken om in een niet-directe lijn een voltreffer te maken.”
Loena keek hem denkend aan, maar haar blik stond niet zo dromerig als anders. Severus wist dat dat een teken was dat ze het nog niet volledig begreep en hij nam zijn toverstaf en richtte die op haar.
“Als ik wil, kan ik nu een spreuk op je uitspreken. Wat zou je doen als ik dat deed?”
“Een schild optrekken,” antwoordde Loena.
“Waar?”
“Voor mij.”
Severus knikte geduldig.
“Wat als ik nu...” Severus bewoog zijn toverstaf naar de magische blauwe muur. “Hier mikte?”
Loena keek hem aan, niet-volgend waar hij naar toe wilde.
“Sta me toe.”
Hij zwiepte met zijn toverstaf en de spreuk kaatste van de muur naast Loena tot de muur achter haar en voordat ze zich kon omdraaien, raakte de spreuk haar in haar rug, alsof ze net door een elastiekje geraakt was.
“Auw!” Loena probeerde zich te krabben waar ze geraakt was, maar ze kwam er niet aan.
Severus negeerde haar terwijl hij streng verdervertelde, wat meestal betekende dat hij het levensbelangrijk vond dat ze goed oplette. “Spreukenreflectie werkt enkel met spreuken die bestemd zijn voor menselijke of dierlijke doelwitten. Bombarda zal niet lukken. Van het moment dat je dit op de muur uitspreekt, verniel je de muur. Paralitis heeft echter geen effect op levensloze voorwerpen en zou erop afkaatsen als je spreuk krachtig genoeg is. De doorsnee tovenaar heeft een spreukbereik van twintig meter – zeker als het om aanvalsspreuken gaat. Slechts een beperkt aantal tovenaars kunnen hun spreuken verder dan dat doen reiken en nog steeds voldoende snelheid en kracht in hun spreuken overhouden. Bij spreukenreflectie is de weg die de spreuk aflegt altijd langer dan die van een directe aanval – dus houd er rekening mee dat je spreuk in kracht kan verliezen. Houd ook rekening met de hoek die je gebruikt. Als jouw inval een hoek van dertig graden is, zal de spreuk ook met een hoek van dertig graden verdergereflecteerd worden tot de volgende muur of je slachtoffer. Ben je klaar?”
Loena’s mond viel lichtjes open. “Voor wat?”
“Verdedig jezelf,” waarschuwde Severus haar kort en hij schoot opeens een spreuk via de muur direct op haar af. Loena was maar net op tijd om haar schild op te trekken en Severus herhaalde zijn aanval drie maal. Een maal kaatste hij de spreuk van het plafond, een andere maal van de grond en nog een andere maal van de andere muur van het magisch blauwe vierkant. “Goed,” zei hij kort en opeens schoot hij weer een spreuk op het plafond af, maar deze weerkaatste tegen de muur achter haar en raakte haar weer in haar rug.
“Auw!” Ze vond het niet leuk dat ze geraakt werd en besloot om het niet meer te laten gebeuren. Severus schoot nogmaals op identiek dezelfde plek en ditmaal was Loena snel genoeg om zich om te draaien en de spreuk af te weren. Opeens voelde ze een pats in haar rug en na een korte “Auw!” draaide ze zich gefrustreerd om naar Severus.
“Draai nooit je rug naar een Duistere tovenaar,” waarschuwde Severus haar streng. “Voor hetzelfde was dat een Vloek des Doods geweest en had jij naar de muur achter je zitten staren.”
Loena schudde haar hoofd. “Hoe moet ik me dan verweren?”
“Wie zegt dat je de spreuk moet afweren? Wie zegt dat je op dezelfde plek moet blijven staan? Waarom spring je niet gewoon opzij?” Severus had dit nog maar net gezegd of hij schoot weer via het plafond en de muur achter haar een spreuk op haar af, maar ditmaal sprong ze opzij en toen Severus een vloek langs voren op haar afvuurde, wist Loena hem af te weren.
“Mooi. Goed. Kaats nu deze terug via minstens één muur.”
Toen de spreuk op haar afkwam, kaatste ze de spreuk via de muur richting Severus, maar deze bleef koel staan terwijl de spreuk hem met een meter miste.
“Ik sta hier,” merkte hij droog op en Loena probeerde zich kalm te houden. Hij was haar weer aan het pushen. Dat deed hij vaker. Dan werd hij strenger, sneller, gevaarlijker. Op zo een momenten had ze moeite om zijn tempo bij te houden en maakte ze vaak fouten. Toch leek Severus haar veel krediet te geven. Hij vroeg dan wel veel van haar en was met tijden ongeduldig, maar hij werd nooit boos. Niet op haar.
“Nog eens!” Hij had het amper gezegd of hij schoot een spreuk direct op haar. Ze probeerde ditmaal weer terug te kaatsen, maar had weeral geen succes toen de spreuk hem miste.
Pas na vier pogingen wist Loena juist te mikken, maar Severus was al opzij gestapt voordat de spreuk hem kon raken.
“Het is moeilijk!” verzuchtte Loena een halfuur later terwijl ze hem nu probeerde te raken via twee muren van het vierkant. “Hoe krijg je dit in hemelsnaam onder de knie?!”
“Observeren. Calculeren. Richten,” zei Severus kort en hij schoot opeens een straal achter zijn schouder heen, die weerkaatste op de grond, het plafond, de rechtermuur en vervolgens op Loena’s hand afschoot en haar ontwapende. Severus ving handig haar toverstaf op en stapte dichter naar haar toe. “Logica. Veel logica.”
Loena liet haar schouders zakken.
“Ik weet het,” zei Severus opeens in een zachte toon, zo zacht dat Loena bezorgd naar hem opkeek. “Je bent intelligent.... Maar logica is niet je sterkste punt.” Hij keek haar aan en zag de licht bezorgde blik in haar ogen, de lichte frons in haar voorhoofd en haar lippen die ze op elkaar leek te knijpen. Een teken dat ze op zoek was naar de kennis in zichzelf die haar zou helpen dit onder de knie te krijgen – maar zelfs Severus wist niet of ze dit zou kunnen. Misschien was hij inderdaad te ver aan het gaan – te moeilijk. Loena was een dromer – een heks. En zoals veel andere volbloedheksen, ontbrak het haar aan de logica die veel Dreuzelkinderen wel hadden. Hermelien Griffel was daar een goed voorbeeld van. Elf jaar was ze, en ze kraakte toen al zijn bescherming voor de Steen der Wijzen. Maar Loena... Logisch? Allesbehalve.
“Ik zal oefenen,” besloot ze opeens. “Ik wil dit onder de knie krijgen, Severus. Ik wil je niet teleurstellen.”
Hij keek haar opeens aan, lichtjes verward dat ze dat zei. “Loena... Je stelt me niet teleur. Je hebt ontzettend hard je best gedaan. Ik denk gewoon niet dat je het in je hebt. Dit niet. Maar dat betekent niet dat je geen andere talenten hebt in Verweer! Je bent onvoorspelbaar, origineel en met momenten erg verwarrend in je vechtstijl. Dat geeft je voordelen die anderen nooit zullen hebben. Je hebt me niet teleurgesteld. Ik tast gewoon je grenzen af.”
Loena schudde opeens haar hoofd. “Ik heb geen grenzen. Nog niet. Ik ben te jong. Als ik oud ben misschien.” Ze keek dromerig naar de blauwschijnende wanden. “Laat me alleen in het vierkant, Severus. Ik zal dit leren beheersen.”
Severus aarzelde, maar knikte vervolgens en verliet het vierkant. Ze draaide haar rug naar hem toe en schoot nonverbale vloeken op de muren af. Hij bekeek haar voor een paar minuten, mijmerend over haar woorden, maar zette zich even later aan zijn bureau, waar hij een boek nam en opensloeg. Zijn ogen dwaalden echter vaak af naar zijn jonge en leergierige pupil. Loena. Een brok talent. Een brok dromen. Zijn dromen.
Ze had gelijk. Grenzen had ze niet. Geen vierkant maakte een kans.