28/08/2020, 13:43
(Dit bericht is het laatst bewerkt op 28/08/2020, 13:51 door CartoonJessie.)
Woede
Het leek wel alsof ze allemaal slakken waren. Loena kon niet begrijpen waarom haar medestudenten zo langzaam naar het lokaal van Verweer tegen de Zwarte Kunsten slenterden. Ze liep meters voorop en stopte als eerste voor de deur van het lokaal. De rest volgde een pak minder enthousiast en toen de Huffelpuffers eraan kwamen, was het Loena wel heel duidelijk dat zij de enige was die naar de les had uitgekeken.
Er hadden zich al geruchten gedaan over de lessen Verweer. Sneep stond erop dat alle vierde- tot zevendejaars oefenden in nonverbale spreuken. Loena had het dinsdagochtend van Ginny gehoord, die eerlijk toegaf dat ze er enorm veel moeite mee had en dat Sneep onverbiddelijk streng was tegen iedereen die alsnog durfde om een verbale spreuk uit te spreken.
Loena was aan het oefenen geslagen vanaf dat moment. Met alle spreuken die ze maar kon bedenken. Vooral Lumos leek haar uitermate geschikt om nonverbaal te oefenen en ze had eerst getracht om de spreuk te fluisteren in plaats van krachtig te zeggen. Dit had haar de hele dinsdagavond in beslag genomen en het was pas tegen middernacht dat ze succesvol was. Tegen donderdagmiddag had ze ook de nonverbale spreuk Lumos onder de knie en dat maakte haar zo blij en euforisch dat het vervolgens een uur lang niet meer wilde lukken. Het vergde heel veel concentratie. Loena kon het het beste omschrijven als een brandende pijl met enorme kracht afvuren vanuit je hart – en erin geloven dat het doel niet gemist zou worden.
Tegen dat het vrijdagavond was en ze hun eerste les Verweer hadden, had Loena al twee spreuken vlekkeloos onder de knie: Lumos en Accio. Maar ze had geen kans gehad om feitelijke aanvallen of beschermingsspreuken te oefenen. Even had ze overwogen om het aan Harry te vragen – maar hij had vast andere zaken aan zijn hoofd. Ook in het boek dat ze van Severus had gekregen, had ze geen overtuigende spreuken gevonden om te oefenen. De spreuken waren echt niet geschikt voor mensen van haar leeftijd – en ze wist dat als ze er een van zou uitspreken, ze van Zweinstein zou vliegen.
Ze had het boek stiekem van haar vader teruggestolen nadat hij het in beslag had genomen – maar tot nog toe had hij niets gemerkt. Ze verwachtte nog steeds ieder moment een uil of brulbrief van haar vader waarin hij zou eisen dat ze het boek terugstuurde.
De deur ging open en Loena rechtte haar rug, klaar om naar binnen te stappen en haar volle driehonderd procent te geven voor wat Severus hen zou proberen te leren.
Severus keek streng vanuit zijn lokaal naar de leerlingen die overduidelijk vermoeid van de lange eerste schoolweek in de gang stonden. Enkelen leunden nonchalant tegen de muur, anderen stonden ineengezakt met elkaar te babbelen. Enkel Loena stond kaarsrecht en veel te enthousiast voor zijn neus, lichtjes wiegend van ongeduld. Hij schraapte zijn keel en dat was genoeg om de andere leerlingen ook wakker te schudden en ze draaiden zich allen naar Sneep.
“Kom binnen,” zei hij streng.
Loena zette zich bewust op de laatste rij neer en zat – zoals gewoonlijk – alleen aan haar bank terwijl de anderen met twee naast elkaar schoven. Ze keek rond in het lokaal. Ze had wel het één en ander aan te merken op Severus zijn smaak van inrichten. Er was geen grammetje kleur te zien – de gordijnen waren dicht – en de muren hingen vol van tekeningen van mensen die pijn leden. Het was niet meteen Loena’s idee van een gezellige ruimte – ze verkoos de Astronomietoren of Zwamdrift’s knusse kamertje waarin ze Waarzeggerij gaf.
Hoe dan ook bracht dit haar niet van slag en ze keek afwachtend naar Severus, die de leerlingen niet de kans gaf om hun boeken uit hun boekentassen te halen.
"Er is vandaag geen nood om jullie boeken te nemen,” begon hij langzaam en in zijn gewoonlijke professor-stem – ijskoud, stil, maar tegelijkertijd ook snijdend in de nog vormende herinneringen van de leerlingen. “Van wat ik heb gehoord, hebben jullie vorig jaar meer dan genoeg theoretische lessen gehad.” Het was heel duidelijk dat hij het niet hoog op had met hetgeen Omber de leerlingen had geleerd en zijn stem klonk snerend. “Jullie kennen onderhande wel de theorie achter veel duistere praktijken - maar als de duelleertalenten van jullie jaargenoten weerspiegelen hoezeer jullie in staat zijn je te verdedigen, weet ik nu al dat jullie een rampzalige achterstand hebben. Jullie zullen zelf ondervinden hoe bedreigend, onvoorspelbaar en gevaarlijk de Duistere Kunsten zijn - tenzij jullie tijdig leren om jullie te verdedigen.”
Loena knikte en glimlachte breed. Daar had ze al die tijd op zitten wachten – oefeningen – praktijk! Ze zat op het puntje van haar stoel, weeral in schril contrast met de andere studenten die ineengezakt in hun stoel de woorden van hun professor probeerden te onthouden.
“Er is geen kant en klare formule die jullie zal beschermen tegen een aanval van een Duistere tovenaar. Ik kan enkel hopen dat jullie - als het ooit zover komt - genoeg kennis, snelheid, originaliteit en kracht zullen hebben om jullie te verweren tegen een vijand die vele gezichten heeft en niet onder de indruk zal zijn van een Vloek van Beentjeplak of een Bibberkniebezwering - als jullie al in staat zijn die spreuken succesvol uit te spreken.” Hij keek enkele Huffelpuffers die op de eerste bank zaten aan en voegde toe: “Het is me een wonder hoe sommigen van jullie zijn weten te slagen.” Hij schudde zijn hoofd en ging lijzig verder.
“Jullie belangrijkste wapen zal niet jullie kennis van verwerende spreuken zijn - maar het verrassingselement. Jullie zijn te jong om je tegen een leger aan Dooddoeners te verdedigen.” Loena glimlachte. Ze vond niet dat hij helemaal gelijk had – want zij had samen met haar vrienden het tegendeel bewezen in het Ministerie. “Jullie enige hoop is verwarring en onvoorspelbaarheid te gebruiken in jullie voordeel. We oefenen vandaag op nonverbale spreuken. Ik vermoed dat iedereen inmiddels weet wat dit zijn. Zonee, wil ik jullie verzekeren dat iedereen die deze les een spreuk luidop zegt, bestraft zal worden met puntenaftrek.” Enkele leerlingen kreunden bij deze opmerking, maar Severus negeerde hen en ging gladjes verder. “Jullie maken teams van twee. Terwijl de ene probeert de andere geluidloos te vervloeken, zal de andere die vloek even geluidloos proberen af te weren. Begin."
Iedereen stond op en begaf zich naar de achterste ruimte in de klas, waar ze enkele jaren eerder ook steeds in praktijk spreuken hadden kunnen oefenen. In Ombers lessen was dat natuurlijk anders geweest...
Loena had zelden een partner als ze oefeningen met twee moesten doen – enkel als ze samenzaten met Griffoendor wilde Ginny wel eens met haar samenwerken. Ze stond afwachtend met haar toverstaf in haar handen heen en weer te wiegen. Severus wist vast wel dat ze niemand had om mee te oefenen, in Toverdranken had ze ook altijd alleen gezeten.
“Juffrouw Leeflang,” zei hij in een stem die niet anders klonk dan vroeger – even streng en zakelijk. “Er is een dummy voorzien.” Hij wees naar een stok met een blok hout op in de vorm van een menselijk torso.
Loena keek er even naar en knikte. “Maar hoe kan ik dan oefenen met spreuken afweren?”
Severus zweeg en antwoordde toen eerlijk: “Niet.”
Hij draaide zich om en liep van haar weg. Loena zuchtte. Dat was dan jammer voor haar. Ze ging enkele meters voor de dummy pop staan en hief nog niet onmiddellijk haar staf. Integendeel, ze probeerde zich te focussen en sprak in haar gedachten de dummy aan.
“Ik zou wel een Vloek van Beentjeplak of een Bibberkniebezwering op je willen uitproberen, maar je hebt helemaal geen benen. Ik zal anders een Bombarda-spreuk uitproberen, daarvan zal ik vast onmiddellijk het effect op je zien, niet? Ik ga je raken in je houten buik – ik zeg of denk het alleen maar zodat je dat zeker weet. Nou moet ik me heel hard concentreren op het gevoel dat ik heb als ik Bombarda uitspreek. Als ik de explosie vanuit mijn hart door mijn arm en toverstaf laat knallen, lukt het vast. Maar eerst moet ik de kracht voor die spreuk opbouwen, geef me even tijd.”
Loena hief langzaam en in uiterste concentratie haar staf.
Haar klasgenoten waren in de tussentijd al wild met hun toverstaffen aan het zwaaien, zonder veel succes.
Loena wachtte geduldig af en concentreerde zich met al haar macht op de naderende explosie. Als een donderslag liet ze het gevoel door haar lijf naar haar toverstaf stromen en ze liet de zwiep van haar toverstaf dienen als de roep van de spreuk. Met een luide bang knalde de dummy enkele meters verder tegen de kast die tegen de muur stond en viel hij vervolgens neer op de grond.
Sommige leerlingen verschrokken zich van het geluid en een meisje van Huffelpuf slaakte een kort gilletje. Loena keek apetrots naar de dummy op de grond. Het was haar gelukt!! Ze kreeg dit echt onder de knie!
“Wat is er gebeurd?” eiste Severus terwijl hij van de andere kant van de groep naderde. Toen hij zag hoe de dummy op de grond lag, staarde hij verward naar Loena. Onmogelijk. Zonder oefening? Dat kon niet. Of had ze dit toch geoefend met de Strijders van Perkamentus? Nee, dat kon ook niet. Zelfs Griffel had meer tijd nodig gehad om de Bibberkniebezwering van Lubbermans af te weren. Potter was er helemaal niet toe in staat, dus dit hadden ze onmogelijk geleerd in hun studentenclubje. Maar hoe kon het dan zijn dat ze dit had gedaan?
“Het is de bedoeling dat je de spreuk zonder woorden activeert,” zei Severus streng – al had hij zelf ook niets gehoord.
Loena keek glimlachend en stralend van trots op. “Dat heb ik ook gedaan,” zei ze eerlijk.
Severus keek naar de dummy en daarna terug naar Loena. “Bewijs het dan.” Hij draaide zich naar de rest van de klas. “Zijn er vrijwilligers die haar spreuk willen afweren?”
Alle leerlingen deden tegelijkertijd een stap naar achteren en Severus trok een wenkbrauw op. “Jullie lef is benijdenswaardig,” spotte hij.
Hij nam zijn toverstaf en nam plaats waar eerder de dummy had gestaan. Hij maakte een half-sierlijke buiging en hield zijn toverstaf voor zich uit. “Ga je gang, juffrouw Leeflang.”
Loena voelde voor even haar hart in haar keel kloppen, maar sloot vervolgens haar ogen. Haar gevoelens voor hem mochten niet in haar weg staan. Niet nu. Ze kon dit. Langzaam hief ze weer haar staf terwijl ze een explosie probeerde op te wekken in de kern van haar lichaam. Ze ademde diep en langzaam en toen ze voelde dat ze klaar was, opende ze haar ogen en met de zwiep van haar toverstaf, schoot ze de krachtige spreuk naar Severus. Deze had geduldig gewacht en leek de spreuk zonder enige moeite terug te slaan.
Daar had Loena zich echter helemaal niet aan verwacht! Snel trok ze met haar toverstaf een schuine lijn van haar linkerdijbeen tot boven haar hoofd en riep ze “PROTEGO!”
Terwijl de teruggekaatste Bombarda-spreuk sisselend opging in het onzichtbare schild, hapten veel leerlingen naar adem. Een spreuk uitspreken, betekende puntenaftrek!
Ook Loena besefte dit opeens en ze protesteerde nog voordat hij iets kon zeggen. “U zei dat de spreuken afgeweerd moesten worden, niet teruggekaatst!”
“Dat zei ik tegen jullie, ja, omdat jullie toch niet tot meer in staat zouden zijn dan dat. Ik had het niet over mezelf.” Hij vouwde zijn armen overeen en keek Loena uitdagend aan. “Je vroeg zonet zelf waar je dan je Protego moest oefenen. Hier was je kans. Je hebt hem laten schieten.”
Loena’s mond viel open terwijl ze hem aankeek. Dit was een nieuw gevoel voor haar. Nog nooit had ze zich zo gevoeld, zo... benadeeld! Hoe kon hij zo grof zijn tegen haar – zij die hem die zomer brieven had gestuurd, die als geen ander naar zijn les had uitgekeken – zij die als enige de spreuk had weten af te weren! Het was niet juist!
Severus zag de woede in haar blik, maar leek haast gevoelloos terwijl hij zich wegdraaide en wegstapte.
“Ik zal de spreuk ditmaal afweren, als u het nog steeds aandurft.”
Loena’s strijdlustige stem klonk vreemd in de oren van al haar klasgenoten – en Severus. Er viel een ongehoorde stilte in het klaslokaal terwijl alle leerlingen nu hun ogen op hun professor richtten.
“Met zo een ego, zul je hard vallen,” reageerde hij opeens ijzig en Loena staarde even ijzig terug.
“Niet als u eerst valt door het uwe.”
Enkele Ravenklauwers lachten nu. Nog nooit hadden ze Loena zo meegemaakt – ze wisten niet wat ze had gegeten die middag, maar ze vonden allen dat ze het wel wat vaker mocht hebben.
Severus schoot een dodelijke blik naar de studenten en ze zwegen weer. Hij draaide zich naar Loena en keek haar licht ongelovend aan – ze meende dit echt. Snel verstarde ook zijn blik en hij liep langzaam maar zeker terug naar de plek waar de dummy had gestaan.
“U mag beginnen,” zei Loena bloedserieus terwijl ze zich lichtjes voorover boog en vervolgens haar toverstaf hief. Ze voelde de woede door haar aderen stromen en de energie die dit oproepte in haar hart zou haar tegen alles beschermen wat hij op haar zou afsturen.
Hij wist niet wat hij moest voelen voor haar op dit moment, maar ze was met haar uitdagende woorden op de goede weg om al zijn woede op te roepen – en dat was altijd levensgevaarlijk.
Hij kon echter niet zijn gewoonlijke zware spreuken oproepen – geen Sectumsempra – hij zou het haten om dat aan Perkamentus te mogen uitleggen. Nee, hij zou haar spelletje meespelen. Bombarda dan maar.
Vliegensvlug en kort zwiepte hij met zijn toverstaf en de spreuk schoot haar richting uit. Maar hij zag al wat ze van plan was voordat de spreuk haar raakte – ze ging terugkaatsen. Tot zijn eigen verrassing lukte het haar zonder een woord te zeggen en toen de spreuk weeral zijn kant opkwam, ditmaal met nog meer snelheid door de kracht die Loena erachter had gezet, lette hij erop dat hij nog meer snelheid zou meegeven aan de spreuk. Loena trok ditmaal geluidloos het schild op en de spreuk loste op in de lucht.
Severus gaf zich echter niet gewonnen – niet tegen een vijfdejaars – nooit niet – en hij schoot een nieuwe Bombarda vloek op haar af. Voor een moment dacht hij dat ze zou terugkaatsen, totdat ze weeral een Protego gebruikte ter bescherming en de trekkende beweging die ze opeens met haar toverstaf maakte, verraste hem zodanig dat hij geen idee had wat het effect was, er leek geen spreuk uit haar toverstaf te komen, totdat hij opeens voelde hoe hij het evenwicht verloor.
Loena had een stille Accio uitgesproken op de dummy die achter Severus had gelegen en hem nu vanachteren uit zijn evenwicht trok. Severus viel met een smak op de grond en liet zelfs zijn toverstaf uit zijn handen vallen door de schok.
Zowel de Huffelpuffers als Ravenklauwers braken plots in een oorverdovend applaus uit en juichten. Ze konden niet geloven dat ze dit hadden mogen meemaken – maar waren er dankbaar voor.
Loena was echter niet trots. Hij keek haar woedend aan en ze kwam langzaam tot het besef wat ze had gedaan. Ze stapte naar hem toe en hield haar hand uit, een ongewoonlijk serieuze blik in haar ogen. “Ik heb gedaan wat u zei,” zei ze stil en de andere leerlingen konden niet horen wat ze zei doordat ze nog steeds euforisch vierden hoe Loena professor Sneep onderuit had gehaald. “Kennis, snelheid, originaliteit en kracht.”
Severus keek haar echter woedend aan en Loena dacht zelfs dat ze zag hoe verraden hij zich vanbinnen voelde. Hij nam haar hand niet aan, nam zijn toverstaf van de grond en kwam weer recht.
“Jij hebt geoefend!” zei hij in een stem alsof hij eigenlijk wilde zeggen: “Je speelde vals!”
Het gejuich van de Ravenklauwers en Huffelpuffers hield onmiddellijk weer op. Nu vreesden ze voor de straf die Loena zou krijgen. En de vreselijke puntenaftrek die zou volgen.
“Honderd punten van Ravenklauw!”
Loena’s mond viel verontwaardigd open en ze voelde de woede terugkomen die ze enkele momenten eerder ook had gevoeld. Severus zag haar woedende blik en gebruikte het om zijn eigen woede te vullen.
“En een semester aan nablijven!”
Alle leerlingen keken Loena aan, om te zien wat haar reactie zou zijn. Ze hoopten stiekem dat ze in opspraak zou komen of – nog leuker – professor Sneep nog eens onderuit zou halen, maar ze vouwde enkel verdedigend haar armen en knikte.
“Leuke straf voor de beste van de klas,” reageerde ze plots nijdig en dat was de druppel voor Severus.
“NAAR JE TAFEL! DAT IK GEEN WOORD MEER UIT JOUW MOND HOOR KOMEN!”
Hij brulde haar zowat toe en het leek alsof hij ieder moment zou ontploffen. Loena gunde hem geen blik meer waardig en stormde naar haar tafel om zich vervolgens woedend op haar stoel te laten vallen – zo hard dat ze zich eigenlijk pijn deed, maar het zelf niet eens wilde toegeven.
Woedend zat ze op haar bank terwijl de andere leerlingen achter haar rug verder mochten oefenen. De stilte in het lokaal was om te snijden terwijl de les in nonverbale spreuken verderging en Loena had door de opgekropte woede wel zin om te wenen.
Het was gewoon niet eerlijk! Dat zou hij nog te horen krijgen ook...
Het leek wel alsof ze allemaal slakken waren. Loena kon niet begrijpen waarom haar medestudenten zo langzaam naar het lokaal van Verweer tegen de Zwarte Kunsten slenterden. Ze liep meters voorop en stopte als eerste voor de deur van het lokaal. De rest volgde een pak minder enthousiast en toen de Huffelpuffers eraan kwamen, was het Loena wel heel duidelijk dat zij de enige was die naar de les had uitgekeken.
Er hadden zich al geruchten gedaan over de lessen Verweer. Sneep stond erop dat alle vierde- tot zevendejaars oefenden in nonverbale spreuken. Loena had het dinsdagochtend van Ginny gehoord, die eerlijk toegaf dat ze er enorm veel moeite mee had en dat Sneep onverbiddelijk streng was tegen iedereen die alsnog durfde om een verbale spreuk uit te spreken.
Loena was aan het oefenen geslagen vanaf dat moment. Met alle spreuken die ze maar kon bedenken. Vooral Lumos leek haar uitermate geschikt om nonverbaal te oefenen en ze had eerst getracht om de spreuk te fluisteren in plaats van krachtig te zeggen. Dit had haar de hele dinsdagavond in beslag genomen en het was pas tegen middernacht dat ze succesvol was. Tegen donderdagmiddag had ze ook de nonverbale spreuk Lumos onder de knie en dat maakte haar zo blij en euforisch dat het vervolgens een uur lang niet meer wilde lukken. Het vergde heel veel concentratie. Loena kon het het beste omschrijven als een brandende pijl met enorme kracht afvuren vanuit je hart – en erin geloven dat het doel niet gemist zou worden.
Tegen dat het vrijdagavond was en ze hun eerste les Verweer hadden, had Loena al twee spreuken vlekkeloos onder de knie: Lumos en Accio. Maar ze had geen kans gehad om feitelijke aanvallen of beschermingsspreuken te oefenen. Even had ze overwogen om het aan Harry te vragen – maar hij had vast andere zaken aan zijn hoofd. Ook in het boek dat ze van Severus had gekregen, had ze geen overtuigende spreuken gevonden om te oefenen. De spreuken waren echt niet geschikt voor mensen van haar leeftijd – en ze wist dat als ze er een van zou uitspreken, ze van Zweinstein zou vliegen.
Ze had het boek stiekem van haar vader teruggestolen nadat hij het in beslag had genomen – maar tot nog toe had hij niets gemerkt. Ze verwachtte nog steeds ieder moment een uil of brulbrief van haar vader waarin hij zou eisen dat ze het boek terugstuurde.
De deur ging open en Loena rechtte haar rug, klaar om naar binnen te stappen en haar volle driehonderd procent te geven voor wat Severus hen zou proberen te leren.
Severus keek streng vanuit zijn lokaal naar de leerlingen die overduidelijk vermoeid van de lange eerste schoolweek in de gang stonden. Enkelen leunden nonchalant tegen de muur, anderen stonden ineengezakt met elkaar te babbelen. Enkel Loena stond kaarsrecht en veel te enthousiast voor zijn neus, lichtjes wiegend van ongeduld. Hij schraapte zijn keel en dat was genoeg om de andere leerlingen ook wakker te schudden en ze draaiden zich allen naar Sneep.
“Kom binnen,” zei hij streng.
Loena zette zich bewust op de laatste rij neer en zat – zoals gewoonlijk – alleen aan haar bank terwijl de anderen met twee naast elkaar schoven. Ze keek rond in het lokaal. Ze had wel het één en ander aan te merken op Severus zijn smaak van inrichten. Er was geen grammetje kleur te zien – de gordijnen waren dicht – en de muren hingen vol van tekeningen van mensen die pijn leden. Het was niet meteen Loena’s idee van een gezellige ruimte – ze verkoos de Astronomietoren of Zwamdrift’s knusse kamertje waarin ze Waarzeggerij gaf.
Hoe dan ook bracht dit haar niet van slag en ze keek afwachtend naar Severus, die de leerlingen niet de kans gaf om hun boeken uit hun boekentassen te halen.
"Er is vandaag geen nood om jullie boeken te nemen,” begon hij langzaam en in zijn gewoonlijke professor-stem – ijskoud, stil, maar tegelijkertijd ook snijdend in de nog vormende herinneringen van de leerlingen. “Van wat ik heb gehoord, hebben jullie vorig jaar meer dan genoeg theoretische lessen gehad.” Het was heel duidelijk dat hij het niet hoog op had met hetgeen Omber de leerlingen had geleerd en zijn stem klonk snerend. “Jullie kennen onderhande wel de theorie achter veel duistere praktijken - maar als de duelleertalenten van jullie jaargenoten weerspiegelen hoezeer jullie in staat zijn je te verdedigen, weet ik nu al dat jullie een rampzalige achterstand hebben. Jullie zullen zelf ondervinden hoe bedreigend, onvoorspelbaar en gevaarlijk de Duistere Kunsten zijn - tenzij jullie tijdig leren om jullie te verdedigen.”
Loena knikte en glimlachte breed. Daar had ze al die tijd op zitten wachten – oefeningen – praktijk! Ze zat op het puntje van haar stoel, weeral in schril contrast met de andere studenten die ineengezakt in hun stoel de woorden van hun professor probeerden te onthouden.
“Er is geen kant en klare formule die jullie zal beschermen tegen een aanval van een Duistere tovenaar. Ik kan enkel hopen dat jullie - als het ooit zover komt - genoeg kennis, snelheid, originaliteit en kracht zullen hebben om jullie te verweren tegen een vijand die vele gezichten heeft en niet onder de indruk zal zijn van een Vloek van Beentjeplak of een Bibberkniebezwering - als jullie al in staat zijn die spreuken succesvol uit te spreken.” Hij keek enkele Huffelpuffers die op de eerste bank zaten aan en voegde toe: “Het is me een wonder hoe sommigen van jullie zijn weten te slagen.” Hij schudde zijn hoofd en ging lijzig verder.
“Jullie belangrijkste wapen zal niet jullie kennis van verwerende spreuken zijn - maar het verrassingselement. Jullie zijn te jong om je tegen een leger aan Dooddoeners te verdedigen.” Loena glimlachte. Ze vond niet dat hij helemaal gelijk had – want zij had samen met haar vrienden het tegendeel bewezen in het Ministerie. “Jullie enige hoop is verwarring en onvoorspelbaarheid te gebruiken in jullie voordeel. We oefenen vandaag op nonverbale spreuken. Ik vermoed dat iedereen inmiddels weet wat dit zijn. Zonee, wil ik jullie verzekeren dat iedereen die deze les een spreuk luidop zegt, bestraft zal worden met puntenaftrek.” Enkele leerlingen kreunden bij deze opmerking, maar Severus negeerde hen en ging gladjes verder. “Jullie maken teams van twee. Terwijl de ene probeert de andere geluidloos te vervloeken, zal de andere die vloek even geluidloos proberen af te weren. Begin."
Iedereen stond op en begaf zich naar de achterste ruimte in de klas, waar ze enkele jaren eerder ook steeds in praktijk spreuken hadden kunnen oefenen. In Ombers lessen was dat natuurlijk anders geweest...
Loena had zelden een partner als ze oefeningen met twee moesten doen – enkel als ze samenzaten met Griffoendor wilde Ginny wel eens met haar samenwerken. Ze stond afwachtend met haar toverstaf in haar handen heen en weer te wiegen. Severus wist vast wel dat ze niemand had om mee te oefenen, in Toverdranken had ze ook altijd alleen gezeten.
“Juffrouw Leeflang,” zei hij in een stem die niet anders klonk dan vroeger – even streng en zakelijk. “Er is een dummy voorzien.” Hij wees naar een stok met een blok hout op in de vorm van een menselijk torso.
Loena keek er even naar en knikte. “Maar hoe kan ik dan oefenen met spreuken afweren?”
Severus zweeg en antwoordde toen eerlijk: “Niet.”
Hij draaide zich om en liep van haar weg. Loena zuchtte. Dat was dan jammer voor haar. Ze ging enkele meters voor de dummy pop staan en hief nog niet onmiddellijk haar staf. Integendeel, ze probeerde zich te focussen en sprak in haar gedachten de dummy aan.
“Ik zou wel een Vloek van Beentjeplak of een Bibberkniebezwering op je willen uitproberen, maar je hebt helemaal geen benen. Ik zal anders een Bombarda-spreuk uitproberen, daarvan zal ik vast onmiddellijk het effect op je zien, niet? Ik ga je raken in je houten buik – ik zeg of denk het alleen maar zodat je dat zeker weet. Nou moet ik me heel hard concentreren op het gevoel dat ik heb als ik Bombarda uitspreek. Als ik de explosie vanuit mijn hart door mijn arm en toverstaf laat knallen, lukt het vast. Maar eerst moet ik de kracht voor die spreuk opbouwen, geef me even tijd.”
Loena hief langzaam en in uiterste concentratie haar staf.
Haar klasgenoten waren in de tussentijd al wild met hun toverstaffen aan het zwaaien, zonder veel succes.
Loena wachtte geduldig af en concentreerde zich met al haar macht op de naderende explosie. Als een donderslag liet ze het gevoel door haar lijf naar haar toverstaf stromen en ze liet de zwiep van haar toverstaf dienen als de roep van de spreuk. Met een luide bang knalde de dummy enkele meters verder tegen de kast die tegen de muur stond en viel hij vervolgens neer op de grond.
Sommige leerlingen verschrokken zich van het geluid en een meisje van Huffelpuf slaakte een kort gilletje. Loena keek apetrots naar de dummy op de grond. Het was haar gelukt!! Ze kreeg dit echt onder de knie!
“Wat is er gebeurd?” eiste Severus terwijl hij van de andere kant van de groep naderde. Toen hij zag hoe de dummy op de grond lag, staarde hij verward naar Loena. Onmogelijk. Zonder oefening? Dat kon niet. Of had ze dit toch geoefend met de Strijders van Perkamentus? Nee, dat kon ook niet. Zelfs Griffel had meer tijd nodig gehad om de Bibberkniebezwering van Lubbermans af te weren. Potter was er helemaal niet toe in staat, dus dit hadden ze onmogelijk geleerd in hun studentenclubje. Maar hoe kon het dan zijn dat ze dit had gedaan?
“Het is de bedoeling dat je de spreuk zonder woorden activeert,” zei Severus streng – al had hij zelf ook niets gehoord.
Loena keek glimlachend en stralend van trots op. “Dat heb ik ook gedaan,” zei ze eerlijk.
Severus keek naar de dummy en daarna terug naar Loena. “Bewijs het dan.” Hij draaide zich naar de rest van de klas. “Zijn er vrijwilligers die haar spreuk willen afweren?”
Alle leerlingen deden tegelijkertijd een stap naar achteren en Severus trok een wenkbrauw op. “Jullie lef is benijdenswaardig,” spotte hij.
Hij nam zijn toverstaf en nam plaats waar eerder de dummy had gestaan. Hij maakte een half-sierlijke buiging en hield zijn toverstaf voor zich uit. “Ga je gang, juffrouw Leeflang.”
Loena voelde voor even haar hart in haar keel kloppen, maar sloot vervolgens haar ogen. Haar gevoelens voor hem mochten niet in haar weg staan. Niet nu. Ze kon dit. Langzaam hief ze weer haar staf terwijl ze een explosie probeerde op te wekken in de kern van haar lichaam. Ze ademde diep en langzaam en toen ze voelde dat ze klaar was, opende ze haar ogen en met de zwiep van haar toverstaf, schoot ze de krachtige spreuk naar Severus. Deze had geduldig gewacht en leek de spreuk zonder enige moeite terug te slaan.
Daar had Loena zich echter helemaal niet aan verwacht! Snel trok ze met haar toverstaf een schuine lijn van haar linkerdijbeen tot boven haar hoofd en riep ze “PROTEGO!”
Terwijl de teruggekaatste Bombarda-spreuk sisselend opging in het onzichtbare schild, hapten veel leerlingen naar adem. Een spreuk uitspreken, betekende puntenaftrek!
Ook Loena besefte dit opeens en ze protesteerde nog voordat hij iets kon zeggen. “U zei dat de spreuken afgeweerd moesten worden, niet teruggekaatst!”
“Dat zei ik tegen jullie, ja, omdat jullie toch niet tot meer in staat zouden zijn dan dat. Ik had het niet over mezelf.” Hij vouwde zijn armen overeen en keek Loena uitdagend aan. “Je vroeg zonet zelf waar je dan je Protego moest oefenen. Hier was je kans. Je hebt hem laten schieten.”
Loena’s mond viel open terwijl ze hem aankeek. Dit was een nieuw gevoel voor haar. Nog nooit had ze zich zo gevoeld, zo... benadeeld! Hoe kon hij zo grof zijn tegen haar – zij die hem die zomer brieven had gestuurd, die als geen ander naar zijn les had uitgekeken – zij die als enige de spreuk had weten af te weren! Het was niet juist!
Severus zag de woede in haar blik, maar leek haast gevoelloos terwijl hij zich wegdraaide en wegstapte.
“Ik zal de spreuk ditmaal afweren, als u het nog steeds aandurft.”
Loena’s strijdlustige stem klonk vreemd in de oren van al haar klasgenoten – en Severus. Er viel een ongehoorde stilte in het klaslokaal terwijl alle leerlingen nu hun ogen op hun professor richtten.
“Met zo een ego, zul je hard vallen,” reageerde hij opeens ijzig en Loena staarde even ijzig terug.
“Niet als u eerst valt door het uwe.”
Enkele Ravenklauwers lachten nu. Nog nooit hadden ze Loena zo meegemaakt – ze wisten niet wat ze had gegeten die middag, maar ze vonden allen dat ze het wel wat vaker mocht hebben.
Severus schoot een dodelijke blik naar de studenten en ze zwegen weer. Hij draaide zich naar Loena en keek haar licht ongelovend aan – ze meende dit echt. Snel verstarde ook zijn blik en hij liep langzaam maar zeker terug naar de plek waar de dummy had gestaan.
“U mag beginnen,” zei Loena bloedserieus terwijl ze zich lichtjes voorover boog en vervolgens haar toverstaf hief. Ze voelde de woede door haar aderen stromen en de energie die dit oproepte in haar hart zou haar tegen alles beschermen wat hij op haar zou afsturen.
Hij wist niet wat hij moest voelen voor haar op dit moment, maar ze was met haar uitdagende woorden op de goede weg om al zijn woede op te roepen – en dat was altijd levensgevaarlijk.
Hij kon echter niet zijn gewoonlijke zware spreuken oproepen – geen Sectumsempra – hij zou het haten om dat aan Perkamentus te mogen uitleggen. Nee, hij zou haar spelletje meespelen. Bombarda dan maar.
Vliegensvlug en kort zwiepte hij met zijn toverstaf en de spreuk schoot haar richting uit. Maar hij zag al wat ze van plan was voordat de spreuk haar raakte – ze ging terugkaatsen. Tot zijn eigen verrassing lukte het haar zonder een woord te zeggen en toen de spreuk weeral zijn kant opkwam, ditmaal met nog meer snelheid door de kracht die Loena erachter had gezet, lette hij erop dat hij nog meer snelheid zou meegeven aan de spreuk. Loena trok ditmaal geluidloos het schild op en de spreuk loste op in de lucht.
Severus gaf zich echter niet gewonnen – niet tegen een vijfdejaars – nooit niet – en hij schoot een nieuwe Bombarda vloek op haar af. Voor een moment dacht hij dat ze zou terugkaatsen, totdat ze weeral een Protego gebruikte ter bescherming en de trekkende beweging die ze opeens met haar toverstaf maakte, verraste hem zodanig dat hij geen idee had wat het effect was, er leek geen spreuk uit haar toverstaf te komen, totdat hij opeens voelde hoe hij het evenwicht verloor.
Loena had een stille Accio uitgesproken op de dummy die achter Severus had gelegen en hem nu vanachteren uit zijn evenwicht trok. Severus viel met een smak op de grond en liet zelfs zijn toverstaf uit zijn handen vallen door de schok.
Zowel de Huffelpuffers als Ravenklauwers braken plots in een oorverdovend applaus uit en juichten. Ze konden niet geloven dat ze dit hadden mogen meemaken – maar waren er dankbaar voor.
Loena was echter niet trots. Hij keek haar woedend aan en ze kwam langzaam tot het besef wat ze had gedaan. Ze stapte naar hem toe en hield haar hand uit, een ongewoonlijk serieuze blik in haar ogen. “Ik heb gedaan wat u zei,” zei ze stil en de andere leerlingen konden niet horen wat ze zei doordat ze nog steeds euforisch vierden hoe Loena professor Sneep onderuit had gehaald. “Kennis, snelheid, originaliteit en kracht.”
Severus keek haar echter woedend aan en Loena dacht zelfs dat ze zag hoe verraden hij zich vanbinnen voelde. Hij nam haar hand niet aan, nam zijn toverstaf van de grond en kwam weer recht.
“Jij hebt geoefend!” zei hij in een stem alsof hij eigenlijk wilde zeggen: “Je speelde vals!”
Het gejuich van de Ravenklauwers en Huffelpuffers hield onmiddellijk weer op. Nu vreesden ze voor de straf die Loena zou krijgen. En de vreselijke puntenaftrek die zou volgen.
“Honderd punten van Ravenklauw!”
Loena’s mond viel verontwaardigd open en ze voelde de woede terugkomen die ze enkele momenten eerder ook had gevoeld. Severus zag haar woedende blik en gebruikte het om zijn eigen woede te vullen.
“En een semester aan nablijven!”
Alle leerlingen keken Loena aan, om te zien wat haar reactie zou zijn. Ze hoopten stiekem dat ze in opspraak zou komen of – nog leuker – professor Sneep nog eens onderuit zou halen, maar ze vouwde enkel verdedigend haar armen en knikte.
“Leuke straf voor de beste van de klas,” reageerde ze plots nijdig en dat was de druppel voor Severus.
“NAAR JE TAFEL! DAT IK GEEN WOORD MEER UIT JOUW MOND HOOR KOMEN!”
Hij brulde haar zowat toe en het leek alsof hij ieder moment zou ontploffen. Loena gunde hem geen blik meer waardig en stormde naar haar tafel om zich vervolgens woedend op haar stoel te laten vallen – zo hard dat ze zich eigenlijk pijn deed, maar het zelf niet eens wilde toegeven.
Woedend zat ze op haar bank terwijl de andere leerlingen achter haar rug verder mochten oefenen. De stilte in het lokaal was om te snijden terwijl de les in nonverbale spreuken verderging en Loena had door de opgekropte woede wel zin om te wenen.
Het was gewoon niet eerlijk! Dat zou hij nog te horen krijgen ook...